Oogst
Plaats: Emmeloord
Locatie: Urkerweg 1
Kunstenaar: Nel van Lith
Materiaal: brons
Jaar: 1986
Beschrijving:
Op 7 januari 1964 werd het Dokter Jansenziekenhuis in gebruik genomen. In mei 1991 kreeg het ziekenhuis een vergunning om voor ƒ 30 miljoen een 3 verdieping tellende vleugel aan de zuidzijde van het ziekenhuis te bouwen. Daarnaast werd toestemming verleend voor vergroting van de polikliniek, vernieuwing van de röntgenafdeling en de bouw van een derde operatiekamer. In 1995 ging de nieuw- en verbouw van het ziekenhuis van start. Het gebouw werd vooral aan de oostzijde sterk uitgebreid. Op 12 september 1997 werd het vernieuwde ziekenhuis officieel geopend door mevrouw drs. G.E.M. Tielen, directie Ziekenhuiszorg en Topsport van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Ter gelegenheid van de opening van de nieuwbouw werd voor de nieuwe hoofdingang het kunstwerk 'Oogst' van beeldhouwster Nel van Lith geplaatst. De opdracht werd verstrekt in het kader van de percentage regeling beeldende kunst. Bij bouw, verbouw of renovatie van rijksgebouwen mag tussen de 0,5 en 2% van het budget besteed worden aan kunst. Het percentage hangt af van de grootte van het budget.
Nel van Lith heeft een breed oeuvre, waarin zij zich zowel op het gebied van de abstractie als dat van het realisme begeeft. In haar geabstraheerde figuratieve kunstwerken past Van Lith een eenvoudige vormentaal toe. Dat is ook het geval bij de bronzen beeldengroep die voor het dokter J.H. Jansencentrum heeft gestaan. Van Lith is een beeldhouwster in de klassieke zin van het woord, dat wil zeggen iemand die beelden uit brokken natuursteen hakt. Het is duidelijk dat 'Oogst' niet, zoals gebruikelijk bij brons, eerst geboetseerd is. Nel van Lith hakte het beeld en taille directe uit Rose Aurora, een behoorlijk harde marmersoort uit Portugal. Het dwingt daardoor tot een brede, kantige vormgeving, een opbouw in vlakken. Zodoende kreeg de sculptuur krachtige contouren met een sterk plastische werking. Omdat Rose Aurora, ook wel Rosa Aurora genoemd, 's winters stuk kan vriezen is het niet geschikt voor het Nederlandse klimaat. Vandaar dat Van Lith het kunstwerk in brons heeft laten afgieten. De voordelen van het werken in steen boven een materiaal als brons is onder andere dat het werken in steen veel directer is. Bij bronsgieten wordt het eindresultaat pas na meerdere tussenstappen bereikt, terwijl de steenbeeldhouwer dit voortdurend zelf in handen heeft.
Nel van Liths leraar beeldhouwen aan de Rijksacademie in Amsterdam was Piet Esser (1914-2004). Zijn plastische opvattingen lijken terug te keren in de sculptuur 'Oogst', een door de opbouw in vlakken en hoeken kubistisch geabstraheerd ouder echtpaar, een man en een vrouw die dicht tegen elkaar aan staan. De vrouw draagt de door haar geoogste producten in haar uitgestrekte armen voor haar lichaam. De man torst zijn portie op zijn rug waardoor hij iets meer voorover staat. Enkele beelden van Esser worden gekenmerkt door het streven naar een synthese tussen abstractie en realisme, waarbij een geschematiseerde kantige vormgeving als een der middelen diende. In het oeuvre van Nel van Lith is ook een dergelijk zoeken te volgen, er is een ambachtelijk-realistische aanpak die echter nooit voorbij de grenzen van het herkenbare gaat. In Tijd van Oogsten; Befaamde beeldhouwers in Nederland vertelde Nel van Lith: "Toen ik nog in Amsterdam woonde, maakte ik alle vormen rond. Op een gegeven moment dacht ik: het leven is hard en scherp, ik ga het niet meer afronden. Alleen door het schuren en poetsen wordt het soms nog een beetje rond. Maar ik heb nooit meer mijn best gedaan om de harde kanten te verdoezelen. Dat is een van de voordelen van het ouder worden: je hoeft niets meer te verdoezelen". 'Oogst' lijkt door de gesloten vorm zwaar en massief, maar omdat het kunstwerk van brons is afgegoten is het in werkelijkheid hol van binnen. Het kunstwerk, dat eigendom is van de gemeente Noordoostpolder, is gesigneerd; NEL VAN LITH 1986. Bron: NRC Handelsblad; Massa die zichzelf nauwelijks in bedwang houdt, 20-06-1987.
Toen op 14 februari 2020 bekend werd dat het Dokter Jansencentrum herontwikkeld zou worden tot woonlocatie heeft Flevoland Erfgoed een mail gestuurd aan de wethouders van de gemeente Noordoostpolder met het verzoek zorg te dragen voor het behoud van de daar aanwezige kunstwerken. Een cc. van deze mail werd gestuurd aan Erfgoedvereniging Heemschut, één van de oudste particuliere verenigingen voor bescherming van cultuurmonumenten. Hierop heeft kunsthistoricus Norman Vervat van de Werkgroep Monumentale Kunst van Erfgoedvereniging Heemschut contact opgenomen met de gemeente Noordoostpolder, wat erin geresulteerd heeft dat de toekomstige projectontwikkelaar Heemschut heeft benaderd over het behoud van de kunstwerken. De projectontwikkelaar en Heemschut zijn in gesprek gegaan om tot een goed plan voor behoud te komen. Omdat kunstwerken onder de Auteurswet vallen en derhalve niet zonder toestemming verplaatst, gesloopt of afgestoten mogen worden, heeft Heemschut de projectontwikkelaar in contact gebracht met de betrokken kunstenaars of hun erven. Bekijk op Omroep Flevoland een reportage over dit onderwerp.
Op het terrein van het Dokter Jansenziekenhuis moet een park komen met daarin 5 clusters van in totaal 250 woningen. De eerste fase van de huizen in de woonwijk 'Dokter Jansenpark' worden gebouwd op het parkeerterrein van het Dokter Jansencentrum. In maart 2024 zijn de werkzaamheden voor de bouw van 63 woningen begonnen. Bomen zijn gekapt, nutsvoorzieningen aangelegd en de grond bouwrijp gemaakt. Vanaf 2026 zullen alle huidige gebouwen op het terrein van het Dokter Jansencentrum gefaseerd gesloopt worden. Voorafgaand aan de werkzaamheden zijn de kunstwerken 'Oogst' en 'Thuiskomst' verwijderd en opgeslagen. De kunstwerken worden in de nieuwe woonwijk herplaatst.
Kunstenaar
Petronella Huberta (Nel) van Lith werd op 22 november 1932 in Blaricum geboren. Haar moeder, Nel Kluitman, tekende en schilderde. Haar vader was de beeldhouwer Hubert van Lith. Toen Nel 3 jaar oud was scheidden haar ouders en haar moeder verbood haar contact met haar vader. Op 14-jarige leeftijd nam haar moeder haar voor het eerst mee naar het atelier van haar vader in Amsterdam. De sfeer daar, de schimmellucht van natte lappen, de half verkruimelde kleibeelden, een aardse geur van paddestoelen en mos maakte het voor haar duidelijk dat zij ook in zo'n atelier wilde gaan wonen. De keus voor een beeldhouwopleiding werd door haar moeder echter niet met gejuich ontvangen. Toch zet ze door. In 1950 volgde zij gedurende een jaar een opleiding aan de Kunstnijverheidsschool Quellinus Amsterdam. Van 1951 - 1956 werd zij aan de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam opgeleid door Piet Esser een echte boetseerder. Toen zij tijdens haar opleiding op de academie in het atelier van beeldhouwer Jan Meefout zag hoe hij bezig was met beiteltjes, slijpen en schuren stond haar besluit helemaal vast. Nel van Lith ontving in 1967 een beurs van het Ministerie van C.R.M. voor een studiereis naar Egypte en in 1981 kreeg zij de Gouden medaille van Arti uitgereikt, een eerbetoon van de leden van de Amsterdamse kunstenaarsvereniging 'Arti et Amicitiae' aan een eigentijdse collega.
Nel van Lith trouwde met de beeldhouwer Adam Jansma met wie ze vier kinderen kreeg. Ze woonden in de Swammerdamstraat in Amsterdam-Oost. Onder de woning was een souterrain annex atelier. Op 10 november 1965 kwam Jansma op 36-jarige leeftijd om het leven door een verkeersongeval. In de jaren zeventig betrok Van Lith een boerderij aan het Gein bij Abcoude. Zij combineerde het moederschap met het beeldhouwen en werkte vaak ’s nachts, waardoor ze snel leerde werken. Tot 1995 woonde en werkte Nel van Lith in Abcoude, waar zij beeldhouwles gegeven heeft aan de toenmalige kroonprinses Beatrix. Vandaar verhuisde de beeldhouwster naar Biddinghuizen. Sinds eind 2016 noemt zij Drenthe haar woonplaats. Nel van Lith behoort tot de belangrijkste Nederlandse na-oorlogse beeldhouwers. Zij heeft een breed en veelzijdig oeuvre, waarin zij zich zowel op het gebied van de abstractie als dat van het realisme begeeft. Zij werkt zowel in steen als in brons. Dat hakken in ruwe steen doet zij graag, maar met evenveel plezier boetseert zij portretten die uiteindelijk in brons worden gegoten. In de abstracte beelden past de kunstenares een eenvoudige, maar zeer uitgebalanceerde, haast organische vormentaal toe. De realistische werken omvatten ondermeer treffende portretbustes. De kunstenares maakt haar beelden niet om in een gebouw tentoon te stellen. Zij wil dat haar beelden ergens in de vrije ruimte een eigen leven gaan leiden.
Na de troonsbestijging van Koningin Beatrix kreeg Nel van Lith in 1981 van de Rijksvoorlichtingsdienst de opdracht één van de officiële statieportretten van de Koningin te maken. Hare Majesteit poseerde zo'n 40 uur in haar atelier in Paleis Huis ten Bosch voor Van Lith. Van de portretbuste, die 42x38 cm groot is, werden ongeveer 40 exemplaren in brons gegoten die in 1982 bij overheidsinstellingen in heel Nederland geplaatst zijn. In het stadhuis van Amsterdam en van Almere stond o.a. één van deze portretten. De opdracht voor het portret van Beatrix heeft volgens Van Lith wat betreft de kansen voor haar werk eigenlijk niet zo goed uitgepakt. Nel van Lith is in hart en nieren een stenen beeldhouwer zoals zij dat zelf zegt. Maar na de opdracht voor de portretbuste heeft zij nooit meer een opdracht voor stenen beelden gekregen, alleen opdrachten voor bronzen portretten en dat heeft haar hogelijk dwars gezeten.
In Emmeloord zijn de kunstwerken 'Kop' en 'Oogst' te vinden, in Biddinghuizen staat het bronzen beeld 'De beeldhouwer' en in Swifterbant 'de Tweeling'. In november 2016 heeft de gemeente Dronten een derde kunstwerk aangekocht dat de titel 'Vluchtelingen' draagt. In Venlo vind je 'Levensbeeld' dat in 1977 geplaatst is. In Bergen NH staat het beeld 'Plastiek' (1983). In Amsterdam staat aan de Amstelveenseweg en in Slotervaart in het Eendrachtspark een kunstwerk van Van Lith.