Vrachtschip NE25

Vrachtschip NE25

Plaats: Tollebeek

Locatie: Zuidermeerweg 51

Maker:

materiaal: grove den

Jaar: 18e eeuw


Beschrijving:

Op kavel NE25 aan de Zuidermeerweg werd bij het leggen van drainagebuizen in 1955 een scheepswrak gevonden dat nog datzelfde jaar verkend werd. Op 23 februari 1956 stond in het Overijsselsch dagblad: "[…] Op kavel E 25 is een scheepswrak gevonden, dat aan een voorlopig onderzoek werd onderworpen. Hierbij is gebleken, dat het schip dateert uit de 17de eeuw". Bij de verkenning werd niet meer vastgesteld dan dat het een zwaargebouwd schip betrof […]". De opgraving, onderleiding van archeoloog Gerrit van der Heide, vond plaats volgens de kwadrantenmethode. Dat maakte het voor de onderzoekers mogelijk om aan de hand van de verstoring door het wegzinken van het scheepswrak na te gaan hoe de grondlagen van de voormalige Zuiderzeebodem te dateren zijn. Het schip werd niet direct geheel uitgegraven maar in vier kwadranten, met behoud van een overlangs en een overdwars grondprofiel, waarin de opbouw van de grondlagen bestudeerd kon worden. Zo kon men zien wat er gebeurde nadat het schip eenmaal de zeebodem had bereikt en daarin na verloop van enige tijd grotendeels wegzakte en tegelijk langzamerhand overdekt raakte met nieuwe grondlagen. Na de opgraving werd het wrak in situ bewaard. 

In 2002 heeft een uitgebreid waardestellend onderzoek plaatsgevonden waaruit bleek dat het ging om een karveel gebouwd schip met een geschatte lengte van minimaal 23-24 m en een breedte van 8 m, waarvan de stuurboord zijde, de rechterkant, grotendeels bewaard was. In deze zijkant was boven de lastlijn een vierkante opening aangebracht, een poort, die waarschijnlijk gebruikt werd voor het laden en lossen van hout of andere lange dingen. Deze laadpoort werd tijdens de vaart van binnenuit met luiken afgesloten en dichtgebreeuwd. Het dendrochronologisch- oftewel jaarringonderzoek heeft uitgewezen dat het vaartuig na 1744 moet zijn gebouwd van grove den afkomstig uit Zuid-Finland. De constructie van het schip in combinatie met de herkomst van het scheepshout maakt het aannemelijk dat we hier te maken hebben met een zeegaand vrachtschip uit Finland. Bron: opgravingsdocumentatie scheepswrak NE25.

Nieuw onderzoek door maritiem archeoloog Yftinus van Opta toont aan dat de analyse van het bodemprofiel onjuist was. In 'Flevoland ondersteboven een interdisciplinair onderzoek naar de bodemprofielen van scheepswrakken in de provincie Flevoland' lezen we: "In het geval van scheepswrak NE25 is het bodemprofiel verkeerd geïnterpreteerd. In het dagrapport van dinsdag 1 oktober 2001 wordt vermeld dat de schelprijke ZuS-laag over het wrak heen loopt wat betekent dat het schip vóór 1600 moet zijn vergaan. Dendrochronologisch onderzoek heeft echter aangetoond dat het hout ten behoeve van de bouw van het schip tussen 1740 en 1760 is gekapt. De betrouwbaarheid van deze datering is onomstreden waardoor er sprake is van een misinterpretatie van het bodemprofiel". Hieruit blijkt dat we in het geval van scheepswrak NE25 te maken hebben met een 18e eeuws schip. 

Kijk voor meer informatie op MaSS