Handley Page Hampden Mk.I AE421
Plaats: Emmeloord ?
Locatie: kavel NH112 ?
Maker: Handley Page
materiaal: diverse materialen
Jaar: 1939-1942
Beschrijving:
Bij werkzaamheden stuitten arbeiders in augustus 1952 tijdens het ploegen van kavel NH112 aan de Urkerweg/Hannie Schaftweg op een wrak van een vliegtuig, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog in het IJsselmeer is gestort en in de bodem was weggezakt. Verschillende regionale dagbladen besteedden destijds aandacht aan deze opgraving. Het eerste bericht is terug te vinden in het Overijsselsch dagblad van 28 augustus 1952. Onder de kop "Bommenwerper in N.O.P. gevonden, bommen aanwezig" staat: "EMMELOORD. Bij werkzaamheden op het bedrijf H 112 in de Noordoostpolder zijn arbeiders gestuit op het wrak van een vliegtuig. Achteraf is gebleken, dat aan boord van het wrak nog bommen aanwezig waren. De autoriteiten zijn gewaarschuwd om de gevaarlijke projectielen onschadelijk te maken". In het Overijsselsch dagblad van 2 september 1952 stond onder de kop "Vliegtuig had nog inzittenden" het volgende vermeld: "EMMELOORD Het vliegtuigwrak, dat bij werkzaamheden in de N.0.-Polder in de bodem is gevonden, is gebleken afkomstig te zijn van een kleine bommenwerper van Engelse nationaliteit. Aan boord zijn nog de stoffelijke resten van enige mannen gevonden. De bergingswerkzaamheden zijn thans stopgezet, daar de Engelsen deze zelf ten uitvoer zullen brengen". In 't Nieuws van Kampen van 8 september 1952 stond: "Begraven te Lemmer. In de Noordoostpolder bij Lemmer zijn de restanten opgegraven van een Engelse bommenwerper, die een tiental jaren geleden daar is neergestort. Men trof voorts de overblijfselen aan van een vlieger. Na vele onderzoekingen is dit stoffelijk overschot vrijgegeven en begraven op de begraafplaats te Lemmer, waar reeds 44 gesneuvelden hun laatste rustplaats hebben gevonden". En ook in het Nieuwsblad van het Noorden van 8 september 1952 staat een dergelijk artikeltje. Onder de kop "Stoffelijk overschot van piloot na tien jaar begraven" staat : "Het stoffelijk overschot van een Engelse vlieger, die met zijn bommenwerper tien jaar geleden verongelukte in de buurt van Lemmer, is thans bij het opgraven van de resten van dit vliegtuig gevonden. Het stoffelijk overschot is teraardebesteld op het kerkhof te Lemmer, waar nu 44 gesneuvelden begraven liggen". De berichtgeving over de vondst van de bommenwerper met de stoffelijke resten kreeg geen vervolg meer. Er werd geen officieel schrijven via de overheid en gravendienst teruggevonden. De stoffelijke resten zijn niet gerapporteerd bij het Openbaar Lichaam De Noordoostelijke Polder. Ook bij de RAF en Commonwealth War Graves Commission (CWGC) zijn geen documenten te vinden. In de archieven van de begraafplaats in Lemmer is in 1952 geen begrafenis van een geallieerde vlieger terug te vinden. Op het Geallieerd Erehof op de begraafplaats in Emmeloord bevinden zich alleen de graven van vier bemanningsleden van de Wellington R1757 die in de avond van 12 oktober 1941 ten westen van Blankenham neerstortte.
De eigenaar van kavel NH112 stuitte nog regelmatig op minuscule resten. In juli 2022 vond onderzoeker Teunis Schuurman met de metaaldetector op de landbouwkavel patronen uit 1941 en zo'n 350 stukjes metaal. Op één daarvan stond inspectie-stempel HP 828 en nummers die begonnen met 52. Dat duidde volgens de onderzoeker op een Handley Page HP.52 Hampden Mk.I. Deze middelzware Britse tweemotorige bommenwerpers werden door de RAF in de eerste jaren van de oorlog ingezet. De laatste Bomber Command vluchten van Hampdens werden in de nacht van 14 op 15 september 1942 gevlogen.
Uit het verliesregister kwam naar voren dat in de periode 1941-1942 in dit deel van het IJsselmeer drie Hampden Mk.I toestellen waren neergestort. Op 13 oktober 1941 stortte bij Wieringen de Hampden Mk.I AD965 om 00.35 uur in het IJsselmeer, op 10 april 1942 crashte de Hampden Mk.I AE421 om 22.58 uur op 10 km ten oosten van Enkhuizen en op 3 juni 1942 stortte de Hampden Mk.I AT154 op ca. 1 km ten oosten van Medemblik neer. Gezien de locatie waar de Hampdens zijn neergestort vallen twee toestellen af. Blijft over de Handley Page Hampden Mk.I met registratienummer AE421 en rompcode AE-P. Het toestel behoorde tot het No. 49 Sqdn. De bommenwerper steeg op 10 april 1942 om 21.29 uur (Engelse tijd) op van RAF basis Scampton in Linconshire voor een aanval op Essen. De bemanning bestond uit de 27-jarige piloot F/O Reginald Percy Worthy, de 20-jarige navigator/bommenrichter Sgt. Anthony Thomas Percy Considine, de 22-jarige radiotelegrafist/boordschutter Sgt. Thomas Hill McGrenery en de 20-jarige boordschutter Sgt. John Wiliam Wilkinson.
Die nacht namen 254 vliegtuigen deel aan de aanval op Essen: 167 Wellingtons, 43 Hampdens, 18 Stirlings, 10 Manchesters, 8 Halifaxes en 8 Lancasters. Zeven Wellingtons, 5 Hampdens, 1 Halifax en 1 Manchester keerden niet terug op de thuisbasis, waaronder de Hampden Mk.I. AE421. De Duitse nachtjager Oblt. Reinhold Knacke en radiotelegrafist Uffz. Helmut Fischer van 2./NJG1 waren die avond om 22.38 uur in de Messerschmitt Bf 110 R4+DP opgestegen van vliegveld Leeuwarden. Oblt. Knacke kreeg voor die nacht sector Eisbär toegewezen, een radiopeilstation bij Sondel (Friesland). De Jägerleitoffizier (gevechtsleidingsofficier) van het radarstation praatte de nachtjager naar het door de radar gedetecteerde vijandige toestel toe. Op 10 km (6,2 mile) ten oosten van Enkhuizen kwam het tot een treffen met de Hampden Mk.I AE421. De bommenwerper werd neergeschoten en stortte om 22.58 uur in het IJsselmeer. Alle bemanningsleden vonden de dood.
Op 22 mei 1942 was Jan Zijl (1912-1975) met zijn knecht Klaas de Graaf op zijn botter BU71 tussen Spakenburg en Enkhuizen, ter plaatse genaamd 'het Hart', aan het vissen als hij rond 10.00 uur de stoffelijke resten van, wat later blijkt, Reginald Percy Worthy ziet drijven. Met behulp van de bemanning van de BU65 werd het lijk, dat gekleed was in een vliegenierskostuum, uit het water gehaald. Het lichaam werd volgens de dan geldende voorschriften in een zeil buitenboord aan stuurboord gehangen. Schipper Zijl voer terug naar Spakenburg en rond 17.00 uur werd het stoffelijk overschot aan wal gebracht en overgedragen aan de autoriteiten. In Spakenburg werd het lichaam in het baarhuisje gekist en de volgende dag overgebracht naar ziekenhuis De Lichtenberg in Amersfoort. Aan de hand van een armband met een naam, een zegelring en een etui met vier familiefoto's werd de identiteit van de omgekomen vliegenier achterhaald. Fg Off Worthy werd op begraafplaats Rusthof in Leusden in vak 13, rij 2 en grafnummer 31 begraven. Bron: 75jaarvrijheid.nl
Op 26 mei 1942 werd nabij de Rode Klif, in de omgeving van Laaxum, het levenloze lichaam van navigator, Sgt. Considine aangetroffen. De wijzers op zijn polshorloge waren blijven staan op 02.16 uur. Het lijk werd geïdentificeerd en begraven in grafnummer 13 op de begraafplaats in Scharl, in de Friese gemeente Súdwest-Fryslân.
Sgt. Wikinson spoelde 8 juni 1942 aan dichtbij het strand van Sola bij Jaeren/Rogaland in het zuidwesten van Noorwegen. Hij werd als onbekende soldaat begraven in Stavanger. Vier jaar later werd na forensisch onderzoek zijn identiteit vastgesteld. Door de getijden in het IJsselmeer zal hij via de sluizen van Den Oever of Kornwerderzand naar de Waddenzee gedreven zijn.
Het lichaam van Sgt McGrenery was vermist en zijn naam werd bijgeschreven op paneel 88 van the Memorial to the Missing, Runnymede in Surrey (Engeland). Omstreeks 2020 kwam daar verandering in.
Op 28 mei 1942 werd door de 18-jarige Pieter de Jong uit Oudemirdum onder het Oudemirdummer Klif een in het IJsselmeer drijvend lichaam aangetroffen. Het lijk werd uit het water gehaald en overgebracht naar het lijkhuisje op de begraafplaats bij de Nederlands Hervormde Kerk in Oudemirdum. De identiteit van de vliegenier, die als sergeant was herkend aan zijn insignes op zijn uniform, kon niet worden vastgesteld. Wel werd geconstateerd dat het om een Engels bemanningslid van een vliegtuig ging. Het stoffelijk overschot van de vliegenier werd gekist en naar het lijkenhuis op de gemeentelijke begraafplaats in Nijemirdum overgebracht. Daar werd hij op 30 mei 1942 als Unknow begraven in grafruimte Zuid O-5. In 2015 start Jan Geert Vogelzang een onderzoek naar de identiteit van deze onbekende sergeant. Omdat alle lichamen van de rond die tijd neergehaalde vliegtuigen geïdentificeerd zijn, concludeerde hij dat de niet geïdentificeerde vliegenier in graf Zuid O-5 Sgt. Thomas Hill McGrenery moet zijn. Lees hier hoe het onderzoek verliep. Scroll door naar 'Het onderzoek naar de onbekende RAF sergeant in graf 1'.
Bronnen: Delpher, De Noordoostpolder, gaasterlandinwo2.nl, www.49squadron.co.uk en 75jaarvrijheid.nl, mail Teunis Schuurmans.
Teunis Schuurman was bezig met het onderzoek naar de onbekende Hampden Mk.I die in 1952 aan de Urkerweg op kavel NH112 ontdekt is. Dit onderzoek had moeten uitwijzen of Flevoland Erfgoed de juiste conclusie heeft getrokken en het daadwerkelijk de Handley Page Hampden Mk.I met registratienummer AE421 en rompcode AE-P betreft. Teunis Schuurmans overleed plotseling op 28 januari 2023 voordat de resultaten van het onderzoek bekend waren gemaakt.
Oblt. Reinhold Knacke, geboren in 1919 te Alt-Strelitz, werd op 1 Juli 1942 na 25 luchtoverwinningen gedecoreerd met het Ritterkreuz. Hij behaalde 43 overwinningen en hem werd postuum het Eichenlaub zum Ritterkreuz verleend. In de nacht van 2 op 3 februari 1943 kreeg zijn vliegtuig, de Bf110, G9+DK, een voltreffer waardoor in de cockpit een explosie volgde. Dit gebeurde bij de vijfde aanval op een bommenwerper. Kurt Bundrock, zijn vaste boordmarconist, kon zich tijdig met zijn parachute redden, maar R. Knacke verongelukte met zijn toestel bij Achterveld
Stichting Canon de Noordoostpolder heeft in het najaar van 2023 aan de Urkerweg een crashpaal geplaatst; Paal 4