Avro Lancaster Mk. I LL807 *
Plaats: Urk
Locatie: IJsselmeer
Maker: Armstrong Whitworth Aircraft
materiaal: diverse materialen
Jaar: 1944
Beschrijving:
Op de bases van het Britse Bomber Command in Engeland heerste op de late middag van 12 juni 1944 de typische drukte die aan een bombardementsvlucht voorafging. De bommen werden in de bommenwerpers geladen en de bemanning geinstrueerd. In de nacht van 12 op 13 juni startte een nieuwe campagne tegen de Duitse olie-industrie. Op de avond van 12 juni 1944 stegen tussen 22.15 uur en 23.35 uur vanaf 10 vliegvelden aan de Engelse oostkust 303 vliegtuigen op, 286 Lancaster bommenwerpers en 17 Musquito jachtvliegtuigen, om deel te nemen aan bombardementen op de Nordstern Synthetische Olieraffinaderijen in Gelsenkirchen waar synthetische benzine uit steenkool werd gewonnen. Op het verzamelpunt boven de Noordzee formeerden de toestellen zich, waarna ze gezamenlijk koers zetten naar de Nederlandse kust. Het doel lag vlak over de Nederlandse grens bij Venlo tussen de Duitse steden Dortmund en Duisburg. Tijdens deze nacht gingen 17 toestellen verloren.
Acht Lancasters van het No. 300 Squadron namen aan de missie deel. Het No. 300 Squadron was een Pools Bomber Squadron dat bemand was met Poolse vliegers die in 1939 en 1940 hun land ontvlucht waren en meestal via Frankrijk naar Engeland waren gekomen. Het squadron viel onder bevel van de Britse Royal Air Force. Drie toestellen van het No. 300 Squadron keerden niet terug op de thuisbasis, negentien bemanningsleden vonden de dood. De JA683 werd dichtbij het doel neergehaald door een Duitse nachtjager en stortte neer bij de Duitse plaats Radevormwald. De DV286 werd op de terugweg neergeschoten door nachtjagerpiloot Leutnant Gottfried Hanneck van 6./NJG 1 en stortte om 01.43 uur in het IJsselmeer, ongeveer 2 km ten zuiden van Wijdenes.
Het derde toestel werd gevlogen door piloot F/Lt. Jerzy Wladyslaw Różański. Om 23.16 uur trok hij de Lancaster met registratie LL807 en rompcode BH-N los van de grond van basis Faldingworth in Lincolnshire. Naast de piloot waren aan boord; boordwerktuigkundige Sgt. Mieczyslaw Gustaw Szeliga, navigator F/O Mieczyslaw Hahn, bommenrichter F/O Waclaw Bakun, boordschutter Sgt. Albin Pacula, boordschutter F/Sgt. Marian Wróblewski en boordschutter Sgt. Rajmund Bradzo. Op Bomber Command Museum of Canada staat dat de bommenwerper boven Nederland geraakt werd door Duits afweergeschut, waarschijnlijk vanaf Texel. Het toestel stortte ten westen van Urk in het IJsselmeer. Aviaton Safety Network vermeldt echter het volgende: "Op weg naar huis werd het vliegtuig neergeschoten door nachtjagerpiloot Leutnant Ewald-Werner Hittler van het 3./NJG 1, die met een Heinkel He 219 A-0 vanaf vliegveld Venlo vloog". De Avro Lancaster Mk. I LL807 was één van de 450 Lancasters die in april 1942 besteld zijn bij Armstrong Whitworth Aircraft Company en op 26 april 1944 afgeleverd werd aan No. 300 Squadron. Toen de LL807 verloren ging had het toestel in totaal 39 uur gevlogen.
Niemand van de bemanning overleefde de crash. Het lichaam van de 29-jarige Barzdo werd door een vissersboot op het IJsselmeer geborgen. Hij werd op 15 juni op Urk begraven in graf 614-2. Ook het stoffelijk overschot van de 33-jarige Różański werd door een vissersboot op Urk aan wal gebracht en op 22 juni begraven in graf 615-3. De lichamen van de 24-jarige Hahn en de 23-jarige Wróblewski spoelden nabij Urk aan, werden geborgen door de mannen van de luchtbeschermingsdienst en op 29 juni begraven in graf 615-2 en 615-1. De 24-jarige Bakun spoelde eveneens nabij Urk aan en werd op 31 augustus begraven in graf 614-1. Allen werden begraven op de begraafplaats bij het Kerkje aan de Zee op Urk en op 18 juli 1947 herbegraven op het geallieerd ereveld op Rusthof in Oud Leusden (vak 13, rij 12 graven 202 t/m 207). Het lichaam van de 32-jarige Szeliga werd op 22 juni door Elburger vissers aan wal gebracht en een dag later begraven op de Algemene Begraafplaats (graf 908). Het lichaam van de 21-jarige Pacula werd nooit gevonden. Zijn naam staat vermeld op het Polish War Memorial in Northol (Groot-Brittanië). Dit monument eert de Poolse vliegers die tijdens de Tweede Wereldoorlog hun leven gaven voor onze vrijheid.
Voor vissers die tijdens de oorlog stoffelijke resten van vliegers uit het IJsselmeer borgen, waren richtlijnen opgesteld. Nadat het lijk uit het water opgehaald en aan boord genomen was, moest het in een zeil buiten boord gehangen worden. In de haven moest de plaatselijke Marechaussee op de hoogte gesteld worden die vervolgens proces verbaal opmaakte.
Bekijk ook: elburginoorlogstijd.nl