Maranathakerk

Maranathakerk

Plaats: Urk

Locatie: Pyramideweg 66

Architect: Buro E. Smits

materiaal: bouwmaterialen

Jaar: 1977-1978


Beschrijving:

In 1976 onttrokken zo'n 800 leden zich, uit onvrede met het beleid van de Synode, aan het verband van de Gereformeerde kerk op Urk. De dolerende kerkgemeenschap deed een verzoek tot aansluiting bij de Chr. gereformeerden. Op 1 september 1976 werd in een bijzondere vergadering van de classis Zwolle van de Chr. Geref. Kerken de voormalige (dolerende) Gereformeerde kerk van Urk toegelaten tot het verband van de Chr. Geref. Kerken. Het besluit werd door de classis met grote meerderheid genomen. Op 4 september werd in de Eben-Haëzerkerk een tweede Chr. Gereformeerde kerk geconstitueerd onder de voorlopige naam Chr. Gereformeerde kerk van Urk-Oost. Daaruit ontstond de Christelijk Gereformeerd kerk 'Maranatha'. Behalve de dolerende gemeente was er nog een ander deel van de Gereformeerde Kerk die zich samen met ds. J.B. van Mechelen in december 1975 hadden afgescheiden, namelijk de Reformerende Kerk. Het overgrote deel van deze gemeente sloot zich eind november 1976 aan bij de Chr. Gereformeerde kerk van Urk-Oost. Ds. Van Mechelen stapte over naar de Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt.

Eind 1976 was er korte tijd sprake dat de Chr. Gereformeerden de Petrakerk in bezit zouden krijgen, maar de gemeente besloot tot nieuwbouw. Tot de ingebruikname diende het noodgebouw 'De Schuilplaats' als eerste kerkgebouw waar de gemeente samenkwam. Buro E. Smits uit Dokkum tekende de nieuwe kerk die in 1978 in gebruik genomen werd. De Maranathakerk was het eerste kerkgebouw dat in opdracht van de Christelijk Gereformeerde Kerk van Urk-Oost werd gebouwd. De Maranathakerk vormt samen met De Schuilplaats (1986) en de Immanuëlkerk (2009) de Maranathagemeente.

Het woord Maranatha komt maar één keer in de bijbel voor en is te vinden aan het einde van de eerste brief van Paulus aan de Korintiërs (1 Korintiërs). Maranatha is een Aramese woordcombinatie, die van betekenis verandert naargelang de klemtoon wordt gelegd. Uitgesproken als 'Marana-tha' drukt het een verlangen, een bede uit, die vertaald luidt: 'Onze Here, kom!' Spreekt men het echter uit als 'Maran-atha'; dan betekent het : 'Onze Here is gekomen". 

De kerk is sober vormgegeven. Het vijfhoekige kerkgebouw is opgetrokken uit geel genuanceerde baksteen en stond onder een met mastiek gedekt tent- of piramidedak, een dak waarbij vijf driehoekige dakvlakken in de nok samenkomen. Het dak wordt gedragen door een stalen frame dat op de hoekpunten buiten het kerkgebouw tot op de grond doorloopt. De nok werd bekroond door een eenvoudige vierkante open klokkenstoel waarin een bronzen luidklok met slagtoon c2 hing. Na 15 jaar ontstond er lekkage en kreeg de kerk in oktober 1993 een nieuw dak. Het Urker bouwbedrijf C. Schraal verving de mastiekbedekking door leien. Tegelijk werd ieder dakvlak voorzien van drie vierkante dakramen zodat het wat lichter in de kerkzaal werd. De vernieuwing van het dak en de aanschaf van nieuwe vloerbedekking bij de waterschade werd o.a. bekostigd door de jaarlijkse verkoop van de dameskrans. Enkele jaren na het vervangen van het dak is door bouwbedrijf L. Post en Zn. een houten dakruiter met bijna plat dak om de open dakruiter geplaatst. De houten dakruiter stond continue aan weersinvloeden bloot. Omdat onderhoud lastig was moest de dakruiter begin jaren 2010 vervangen worden. De nieuwe dakruiter is geheel gemaakt uit metaal door Jonkers Bouwmetaal uit Urk, naar een ontwerp van gemeentelid Riekelt de Boer. De vierkante dakruiter met spits wordt bekroond door een windwijzer in de vorm van een haan. Kijk hier voor oude foto's van de kerk.

De kerkzaal heeft een ziende kap, een kap waarbij de dakconstructie vanuit de eronder liggende ruimte zichtbaar is. Aan de dakconstructie hangen drie kroonluchters met ieder 48 armen. Ze hebben een diameter van 2 m en een hoogte van 2,50 m. De kroonluchters zijn van messing en het glas is speciaal voor dit project geblazen. De preekstoel is versierd met een drieluik dat in houtsnijwerk uitgevoerd is door de houtsnijkunstenaar Albert Timmerman uit Staphorst. De afbeeldingen verwijzen naar Bijbelse taferelen. Het meest linker paneel toont de gebeurtenis beschreven in Genesis 3:24, waar Adam en Eva na de zondeval door God verdreven worden uit het paradijs, terwijl op de achtergrond een Cherub met een vlammend zwaard de uitgang bewaakt. Het middelste paneel toont Christus gekruisigd temidden van twee misdadigers op Golgotha. Het rechterpaneel toont de ontmoeting tussen Maria Magdalena en de uit de dood opgestane Christus op paasmorgen met op de achtergrond het geopende graf. Kijk op Kerkfotografie Nederland voor foto's van het interieur. Bron: Jannes van Slooten, Onderhoudscommissie CGK Maranatha.

Achter het liturgisch centrum hangt het orgel. Oorspronkelijk was het instrument op de galerij gepland. Toen een groot deel van de Reformerende kerk zich aansloot bij de Chr. Gereformeerde van Urk-Oost moest de galerij worden ingericht met zitplaatsen. Hierdoor was voor het orgel geen plaats meer. Het orgel is oorspronkelijk door Valckx & van Kouteren uit Rotterdam in 1928-1929 gebouwd voor de Gorechtkerk in het Groningse Haren als tweeklaviers elektro-pneumatisch orgel. Deze kerk liet een nieuw orgel bouwen door Gebr. van Vulpen uit Utrecht. Het Valckx & van Kouteren-orgel werd in 1977 door Fonteijn & Gaal uit Kampen gedemonteerd en naar de Maranathakerk overgeplaatst. In december 1978 werd het faillissement over het orgelbedrijf uitgesproken. Twee medewerkers zetten de activiteiten vanaf 8 januari 1979 voort onder de naam Kaat & Tijhuis. Zij hebben uiteindelijk de werkzaamheden afgerond. Boven de preekstoel werd een 3e klavier gepland maar dat bleef voorlopig gereserveerd. In 1982 plaatste Pels & van Leeuwen uit Alkmaar het positief volgens het elektrische sleepladen systeem. Het orgel telt nu 29 registers verdeeld over drie klavieren en pedaal. Op maranatha-urk.nl is te lezen: "Ondanks het feit dat het orgel beslist zijn kwaliteiten kent, is de gemeente nooit helemaal tevreden geweest met de huidige situatie. Dit vind voornamelijk zijn oorzaak in de plaatsing achter de muur, waardoor het geluid pas indirect hoorbaar is en de weinig fantasierijke kas. Toen het orgel daarnaast technische problemen ging vertonen, gingen er stemmen op het orgel te vervangen. Hier kwamen zelfs giften voor binnen. Dat dit uiteindelijk toch niet is gebeurd vind zijn oorzaak in het feit dat binnen enkele jaren een 3e kerkgebouw geopend zal worden. Omdat hier t.z.t. ook een orgel geplaatst en betaald zal moeten worden, vindt de gemeente de kosten voor een ander orgel te hoog. Wel wordt het orgel technisch in goede staat gehouden". Hier vindt u foto's van het orgel en het kerkgebouw met de oude dakruiter.

Tot de inventaris van de Maranathakerk behoren twee kerkscheepjes. Ze zijn gericht naar Gods woord op de kansel. Links van het liturgisch centrum staat het scheepsmodel van de botter UK123, het schip van de broers Ide en Henk Korf. Nadat het vissersschip gesaneerd werd ging Ide Korf als voorman in een vleesfabriek werken. Daarna werd hij koster in de Maranathakerk. Rechts van het liturgisch centrum staat de botter UK160, die ter gelegenheid van de ingebruikname van de Maranathakerk in 1978 gebouwd en geschonken werd door Hendik Visser (1918-1986). Het is niet bekend of het registratienummer willekeurig gekozen is of dat het volgende verhaal van invloed is geweest. In de Tweede Wereldoorlog stond een motorbotter als KW133 'Eendracht' geregistreerd die een rol heeft gehad in het verzet tegen de Duitsers. Verzetsstrijder drs. Johan Aaldrik (Han) Stijkel had spionagemateriaal verzameld, dat naar Londen moest worden gebracht. In de nacht van 1 op 2 april 1942 zou hij door een Nederlandse onderzeeër worden opgehaald. De Katwijker Maarten Hoek, lid van de Stijkelgroep, had de botter KW133 van zijn zwagers Arie en Willem van der Plas geregeld om hem naar het ontmoetingspunt te brengen. ”We gaan met God, mannen” riep Han Stijkel vol overtuiging bij het losgooien van de trossen. Niet veel later vielen hij en zijn reisgenoten in handen van de Duitsers. Twee Nederlandse agenten van de Sicherheitsdienst (SD) hadden de groep weten te infiltreren en hadden de Duitsers vooraf ingelicht. Op 4 juni 1943 werd Han Stijkel in Berlijn-Tegelen gefusilleerd. In 1948 is de botter KW133 naar Urk gegaan en heeft daar gevaren onder de nummers UK135, UK65, UK160 en UK112. Bronnen: Urkerland, Scheepsmodellen in Nederlandse kerken, engelandvaarderskatwijk.nl en historischeverenigingkoogzaandijk.nl

 

In de Noordoostpolder zijn enkele wegen en tochten vernoemd naar verzetsstrijders die in de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen. De Han Stijkelweg, de Han Stijkeltocht en de verzorgingsplaats Han Stijkel langs de A6, herinneren aan de voorman van de Stijkelgroep.