- organische vormentaal
- Kunstwerken met een organische vormentaal (rond, golvend, grillig) zijn afgeleid van een natuurlijke vorm, maar in een ander materiaal vormgegeven.
- overnaads gebouwd
- Overnaads gebouwd wil zeggen dat de huidplanken elkaar overlappen. De planken zijn met behulp van omgeslagen spijkers, houten pennen of klinknagels aan elkaar bevestigd. De sterkte van het schip wordt mede bepaald door de overnaadse huid. Vanaf het begin van de 16e eeuw verandert de bouwwijze van overnaads naar karveel.
- overnaadse bouw
- Bij overnaadse bouw (14e -16e eeuw) overlappen de huidplanken elkaar. De planken zijn met behulp van omgeslagen spijkers, houten pennen of klinknagels aan elkaar bevestigd. Dit in tegenstelling tot karveel gebouwde schepen waar de huidplanken tegen elkaar aan liggen, meestal onderling niet verbonden. De sterkte van het schip wordt mede bepaald door de overnaadse huid.
- patina
- Patina is een groen-grijs, bruin of zwart laagje dat door weersinvloeden zoals zure regen ontstaat op koper en brons. De kunstenaar kan door gebruik te maken van chemische middelen het kunstwerk ook patineren. Patineren met chemicaliën kan zowel koud als warm. Koud patineren gebeurt bij omgevingstemperatuur. Bij de warme methode wordt gewerkt met verhitting, meestal met behulp van een gasvlam. Hoe warmer het brons hoe sneller het oxydatie proces verloopt. Om het patina te beschermen en om een glans aan te brengen wordt het beeld meestal afgedekt met een waslaag.
- patineren
- Bij patineren werken bijtende middelen in op koper of brons, zodat het oppervlak groen, bruin of zwart wordt. Dit oxidatielaagje noem je patina. Patina kan ontstaan door weersinvloeden, maar ook door chemische middelen die de kunstenaar gebruikt. Patineren met chemicaliën kan zowel koud als warm. Koud patineren gebeurt bij omgevingstemperatuur. Bij de warme methode wordt gewerkt met verhitting, meestal met behulp van een gasvlam. Hoe warmer het brons hoe sneller het oxydatie proces verloopt. Een geslaagde patina vertoont een breed scala van kleurschakeringen. Om glans aan te brengen en om het patina te beschermen wordt het beeld meestal afgedekt met een waslaag.
- pendanten
- Pendanten zijn tweelingstukken: twee gelijkwaardige, vaak spiegelbeeldige stukken van dezelfde maker en hetzelfde formaat, die bij elkaar behoren, een paar, een stel. Een pendant is één van een stel en gemaakt in samenhang met het tweede exemplaar om samen getoond te worden.
- percentageregeling beeldende kunst
- De percentageregeling beeldende kunst werd in september 1951 ingevoerd door de rijksoverheid. Met de invoering van deze regeling werd vastgelegd dat 0,5 tot 2% van de totale bouwsom van elk door de overheid gefinancierd gebouw besteed kon worden aan de toepassing van kunst met een hoogwaardige kwaliteit. Hieronder werden kunstwerken met een monumentaal karakter begrepen, die op een vooraf gedefinieerde plaats in, aan of bij het gebouw zouden worden aangebracht. De regeling was ook bedoeld om de kunstenaars in de economisch magere naoorlogse jaren te ondersteunen. De meesten konden niet leven van hun vrije werk en waren afhankelijk van opdrachten. Bij deze percentageregeling is de Rijksbouwmeester verantwoordelijk voor het toepassen van beeldende kunst. In 1953 werd voor basisscholen een 1% regeling van kracht, die in 1955 werd uitgebreid naar middelbare- en hogere scholen. De rijksoverheid vond het belangrijk dat de jeugd al vroeg met kunst in aanraking werd gebracht. Veel gemeentes namen deze regeling over. De besteding aan kunst werd niet verplicht gesteld, omdat dat teveel overheidsbemoeienis zou zijn en de kwaliteit van de kunst hiermee niet gewaarborgd was. Het intitiatief voor een opdracht in het kader van de 1% regeling voor onderwijsinstellingen moest genomen worden door het school- en/of gemeentebestuur. Als het bedrag niet aan kunst werd besteed kwam dit in een fonds terecht waaruit kunst langs openbare wegen of kunst in gebouwen betaald werd waarvoor het percentage niet toereikend was. Kerkgebouwen werden door de kerkgenootschappen zelf gebouwd en vielen daarom niet onder deze regeling.
- pilotenlijn
- De pilotenlijn was in de Tweede Wereldoorlog de benaming van een vluchtroute voor mensen die door de Duitse bezetters gezocht werden. In de winter van 1940 vluchtten de eerste krijgsgevangenen uit de Duitse kampen. Zij werden door verzetsmensen opgevangen en verder geholpen. Vanaf 1943 kwam daar ook de hulp aan geallieerde piloten bij. Zij werden via een netwerk van hulpverleners naar België, en via Frankrijk naar Engeland of Spanje geholpen.
- plasticiteit
- Wanneer de aard van het oppervlakte van het beeld heel duidelijk is spreken we van plasticiteit. Plasticiteit is een vorm van ruimtelijkheid. De plasticiteit bij twee dimensionale beelden wordt gesuggereerd. Je kunt het niet voelen maar wel zien. De plasticiteit van driedimensionale beelden is de ruimtewerking van eigen schaduw en heeft vooral te maken met veel reliëf, holtes, plooien en dergelijke. Plasticiteit gaat over natuurlijk (of eventueel kunstmatig) licht dat op en rond een beeldhouwwerk straalt. Bij ruimtelijke beelden kun je die plasticiteit ook voelen, je voelt of iets rond of scherp is, je voelt de bobbels en de bewerking.
- plastiek
- Plastiek komt van het Griekse woord plastiki (πλαστική) dat vormend/gevormde kunst betekent en afgeleid is van het werkwoord plassein dat vormen, kneden, modelleren als betekenis heeft. Een plastiek is een ruimtelijk kunstwerk dat tot stand is gekomen door te boetseren (modelleren) met een plastisch materiaal zoals klei, gips of was. Plastieken kunnen ook ontstaan door het maken van een afgietsel van bijv. brons of beton. Een plastiek is het tegenovergestelde van sculptuur waarbij materiaal verwijdert wordt.
- plastisch kunstwerk
- We spreken van een plastisch kunstwerk als de vorm is gemodelleerd uit een kneedbaar materiaal waardoor de oneffenheden in het oppervlak voelbaar zijn geworden. De plasticiteit (ruimtelijkheid) heeft vooral te maken met veel reliëf, holtes, plooien en dergelijke.
- plastische vorm
- Van een plastische vorm spreken we wanneer de vorm is gemodelleerd uit een plastisch, kneedbaar materiaal.
- platboomd
- Een platboomd vaartuig heeft een platte bodem of vlak en heeft geen kiel.
- plexiglas
- Plexiglas is een transparante kunststof die bij sterke verhitting zacht wordt.
- poedercoating
- Bij het poeder coaten wordt de lak in poedervorm en via elektrostatische weg op het werkstuk aangebracht. Elektrostatisch houdt in dat het werkstuk elektrisch wordt opgeladen zodat het de poeder aantrekt. Vervolgens gaat de hele zaak de oven in. Het resultaat is een bijzonder harde en diep glanzende laklaag.
- polijsten
- Polijsten of slijpen is een afwerkingstechniek waarbij een oppervlak glad en glanzend wordt gemaakt. Steen, hout, metaal en kunststof kunnen gepolijst worden. Polijsten gebeurt tegenwoordig vooral machinaal. Bij polijsten wordt meestal een poetsmiddel gebruikt met een erg fijne korrelstructuur.
- polychromeren
- Polychromeren is afgeleid van de Griekse woorden poli (veel) en chromos (kleur). Polychromeren is het beschilderen van beelden in verschillende kleuren.
- polychroom
- De term polychroom is afkomstig van het Griekse poly (veel) en chroma ( kleur, pigment). Polychroom wil zeggen dat er meerdere kleuren gebruikt zijn. Polychroom wordt gebruikt om te verwijzen naar beeldhouwkunst, architectonische decoraties of keramiek in vele kleuren.
- polyester
- Polyester is een kunststof van complexe samenstelling. Het materiaal is bij uitstek geschikt voor duurzame toepassingen.
- polyethyleenglycol
- Polyethyleenglycol is een soort was dat de plaats van het water in de houtcellen inneemt.
- portret
- Een portret is een afbeelding van een bepaald persoon. Een portret moet levensecht zijn. Als er zomaar een figuur getekend, geboetseerd of geschilderd wordt, spreken we niet meer van een portret, maar van een tronie.
- portretmedaillon
- In de beeldhouwkunst is een medaillon een reliëf in de vorm van een ovaal of cirkel als ornament aan een gebouw of op een monument. Als in een medaillon een portret is afgebeeld, dan spreken we van een portretmedaillon.
- positieve vorm
- De positieve vorm is de vorm die ontstaat bij het vormgeven. De vorm om het eigenlijke beeld wordt de negatieve vorm of restvorm genoemd.
- postmodernisme
- Postmodernisme was internationaal de belangrijkste stroming van de jaren tachtig van de twintigste eeuw. In Nederland heeft deze stroming weinig weerklank gevonden. Postmodernisme betekent, stroming na het modernisme. De postmoderne architecten vinden dat het modernisme ook een historische stijl is. Bij het postmodernisme worden architectuurfragmenten uit het verleden gebruikt. De oriëntatie op het architectonische verleden werkte in Nederland ook door. De architectonische vormgeving en expressie, het uiterlijk van het gebouw, staan weer voorop. Er wordt vrijmoedig gebruik gemaakt van ornamenten, afwerkingsmaterialen en kleurtjes.
- praam
- De praam behoort tot de oudste scheepstypes die bekend zijn en komt al voor in de Romeinse tijd. Het is een platbodem vaartuig voor de binnenwateren, bestemd voor o.a het vervoer van landbouwproducten en vee. De twee duidelijkste kenmerken van de praam waren het hoekige uiterlijk en de opmerkelijke vorm van de kop, die wel met de kop van een uil kon worden vergeleken. Het vlak (bodem) was volkomen plat met hoekige kimmen en had vrijwel loodrecht daarop staande zijden. Door de volle, vrij brede en hoekige vorm hadden de pramen weinig diepgang maar een groot laadvermogen. Het waren goede zeilers en ze waren zeewaardig genoeg voor reizen over de Zuiderzee. Pramen werden hoofdzakelijk gebruikt voor de aanvoer van turf vanuit de Drentse venen naar Meppel en Zwartsluis. Daar werd de turf uit de kleinere Drentse pramen overgeladen op de grotere Overijsselse pramen die naar Amsterdam voeren. De praam was gedurende de 19e eeuw het belangrijkste scheepstype voor het transport van turf over grote afstanden.
Laatste Update donderdag, 02 augustus 2012