Ondergemaal De IJsvogel
Plaats: Tollebeek
Locatie: Tollebekerweg
Maker: Cleem Zeinstra
materiaal: diverse materialen
Jaar: 2012
Beschrijving:
De discussie over de definitieve vorm van de Noordoostpolder, met het daaraan te verbinden budget, werd in de jaren dertig van de twintigste eeuw in de Tweede Kamer gevoerd. Het waren crisisjaren en alle 'extra's' in de plannen werden wegbezuinigd. Dat betekende bijvoorbeeld smallere wegen, smallere sloten, tochten en vaarten, om zoveel mogelijk cultuurgrond te realiseren. Het gevolg daarvan was dat er relatief weinig watercapaciteit is en dat feit heeft in de geschiedenis van de Noordoostpolder regelmatig voor overlast gezorgd. Bron: Veerkracht en Volharding
Tollebeek is 4,50 meter onder zeeniveau gebouwd, het laagste punt van de polder. Het dorp en omgeving vormen een zogeheten onderbemalingsgebied, wat wil zeggen dat het water via gemalen moet worden weggepompt naar de hoger gelegen Urkervaart. Daarom heeft Tollebeek een eigen bemalingssysteem. Bij het ontwerpen van de hoofdafwatering in de polder was men uitgegaan van de regel dat het polderpeil tenminste 1,40 m beneden maaiveld moest liggen. Kleine gemaaltjes zorgen voor een waterpeil dat 0,50 m lager ligt dan het niveau dat door de hoofdgemalen Vissering en Smeenge wordt gerealiseerd. Tot 2012 bestond het gebied uit vijf lager gelegen onderbemalingen. De gemalen De Kievit, De Rietgors, De Fuut, Piet Oberman en Steven Rippen handhaafden het streefpeil van 6,20 m onder N.A.P. in het 3840 ha grote onderbemalingsgebied rond Tollebeek.
Op 27 en 28 oktober 1998 viel er bij Tollebeek 100 mm regen. Tientallen akkers kwamen volledig onder water te staan en vormden een binnenzee in het hart van de polder. De gemalen konden de enorme hoeveelheid water niet meer wegpompen, de Urkervaart trad buiten zijn oevers en het water bedreigde de huizen van het dorp. Na deze wateroverlast is waterschap Zuiderzeeland begonnen met een aantal grote ingrepen om de kans op herhaling zo klein mogelijk te maken. Halverwege 2010 werd een begin gemaakt met de aanpassingen van het watersysteem rond Tollebeek. Het eerste gedeelte van de aanpassingen bestond uit de aanleg van een nieuwe tocht tussen de Vormtocht en Steenbanktocht. Met deze watergang werd het gebied minder kwetsbaar voor extreme neerslag en kan het water beter verdeeld worden over een groter gebied.
De gebieden van De Fuut en De Rietgors konden door middel van een duiker, die voorzien was van een schuif, met elkaar in verbinding worden gebracht als dat nodig was. Dan konden de gemaaltjes elkaar helpen met het wegpompen van overtollig water, maar de bemalingscapacitiet was onvoldoende. In 2009 is besloten om de ondergemalen De Fuut en De Rietgors te vervangen door een nieuw vijzelgemaal. In opdracht van waterschap Zuiderzeeland werd een vijzelgemaal gebouwd naar een ontwerp van Cleem Zeinstra van Bouwkundig ontwerp- en adviesbureau Zeinstra en van Dijk. In april 2011 is de bouw gestart en zijn 44 heipalen met een lengte variërend van 8.00 - 8.50 meter de grond ingegaan. Het gemaal ligt boven de Steenbanktocht en is voorzien van drie Landy vijzels met een gezamenlijke capaciteit van 9 m3 per seconde. Door de toepassing van de visvriendelijke vijzels blijft vismigratie mogelijk zonder dat passerende vis beschadigd of gedood wordt. De vijzels hebben elk een doorsnede van 3 m en een lengte van 6 m en schroeven het water van laag naar hoog. Het gemaal is toegerust met een Münster roosterreiniger waarmee in het water drijvende vervuiling verwijderd kan worden. De kosten van het nieuwe gemaal en de nodige waterbouwkundige aanpassingen bedroegen € 1.010.000,-. Het nieuwe gemaal heeft de naam De IJsvogel gekregen en is op 13 juni 2012 geopend door burgemeester Auke van der Werff en dijkgraaf Henk Tiesinga. De naam, die goed past bij Tollebeek als dorp met straatnamen die verwijzen naar de jacht en naar vogels, is bedacht door Jan van Tsjonger, medewerker van het waterschap Zuiderzeeland. Met het in gebruik stellen van dit gemaal is de bemalingscapaciteit rondom Tollebeek vergroot.
Na de oplevering van het nieuwe vijzelgemaal zijn De Fuut en De Rietgors gesloopt. Het door Dirk Roosenburg in functionalistische stijl ontworpen gemaal De Fuut is in 1956-57 gebouwd en bemaalde de Steenbankdwarstocht. In het twee maandelijksverslag januari-februari 1956 van de Directie van de Wieringermeer (Noordoostpolder) is te lezen dat er een vergunning is verleend voor twee hulpgemaaltjes aan de Urkerweg en de Tollebekerweg voor de Dienst der Zuiderzeewerken. Het elektrische gemaal had twee open schroefpompen met een gezamenlijke capaciteit van 40 m3 per minuut bij een opvoerhoogte van 1,40 m. Het elektrisch aangedreven gemaal De Rietgors uit 1971/72 had eveneens twee open schroefpompen en bemaalde de Steenbanktocht. Na 1993 was het gemaal omgebouwd naar onderwaterpompen van Flygt Dordrecht en had een capaciteit van 2 x 78 m3 per minuut bij een opvoerhoogte van 1 m.
Met de ingebruikname van gemaal De IJsvogel zijn het aantal onderbemalingsgebieden rond Tollebeek teruggebracht van vijf naar drie. De onderbemalingen van De Kievit en De IJsvogel zijn aan elkaar gekoppeld en vormen één peilgebied. Tijdens extreme (weers)omstandigheden kan gemaal De IJsvogel ook een deel van het water vanuit het gebied van De Kievit afvoeren.