De Lichtboog
Plaats: Almere
Locatie: Klokkenluiderstraat 10
Architect: Gert van Veen
materiaal: baksteen, beton, glas
Jaar: 1984
Beschrijving:
In 1980 kwamen de eerste bewoners naar Almere-Stad en werd in eerste instantie gekerkt in een schoolgebouw aan de Meeresteinkade. Begin januari 1984 werd de eerste paal geslagen voor het oecumenisch kerkcentrum De Lichtboog. De kerk voor de rooms katholieke St. Martinusparochie en de Hervormde en Gereformeerde gemeenten werd gebouwd naar een ontwerp van architect Gert van Veen van architectenbureau Riksen, van Veen en van Nes uit Emmen. Op 23 december 1984 kon De Lichtboog in gebruik worden genomen. Die dag werd de eerste oecumenische dienst gevierd. Het gebouw dankt zijn naam aan de kenmerkende 'lichtboog' van gepantserd glas, die vanaf de ingang doorloopt tot aan het liturgisch centrum. De Lichtboog heeft een diagonaal ingerichte kerkzaal met aanschakelbare zijzalen, een centrale hal en een tweelaags gedeelte met bijruimten en vergaderzalen. Dat het kerkgebouw door en voor de protestantse en de rooms-katholieke kerkgemeenschap gebouwd is, wordt enerzijds duidelijk door het feit dat het een sober kerkcentrum is en anderzijds door het feit dat er achter het liturgisch centrum een Mariakapel is. Voor de protestanten is dit een stilte ruimte.
Links van het liturgisch centrum staat een Duits barokorgel dat in 1985 gebouwd is door de firma Van Vulpen uit Utrecht. Adviseur bij de bouw was Han Siertsema, organist en docent orgel aan de muziekschool in Almere. Het instrument in het kerkcentrum wordt gebruikt ter ondersteuning van de erediensten, maar er kunnen ook orgelconcerten op gegeven worden. Hiervoor zijn er destijds enkele registers aan het orgel toegevoegd. Kijk voor de dispositie en foto's van het orgel hier. Het mechanische sleepladen-orgel werd op 19 oktober 1985 in gebruik genomen en bij die gelegenheid bespeeld door Han Siertsema en landdrost Han Lammers (1931-2000), die in zijn vrije tijd een niet onverdienstelijk organist was. In de oorlogsjaren kwam Lammers in Aalten terecht en nam daar de gelegenheid waar om bij de toenmalige organist van de Ned. Herv. Kerk, Sjoerd Mook, les te nemen. Een gelukkige bijkomstigheid was dat Feike Asma op gezette tijden in Aalten kwam concerteren. Lammers interesse voor het orgel was gewekt. Toen hij na zijn gymnasiumopleiding als journalist werkzaam was bij het ANP nam Lammers orgellessen bij Adriaan Engels en mocht hij studeren bij Jan Schmitz van wie hij veel improvisatiekunsten heeft afgekeken.
De ‘Menora’, de zevenarmige kandelaar, en het doopvont zijn ontworpen door de Almeerse kunstenaar Siemen Bolhuis. De Menora verbindt ons met het Jodendom. Bijzonder aan de doopvont is de regenboog en de duif. De regenboog verwijst naar het verbond dat God met Noach sloot en de duif verwijst naar de Heilige Geest.
Rechts van het liturgisch centrum hangt de oecumenische kruisweg. De 15 tableautjes van 30 x 30 cm groot, zijn door Jean Kamps (1938) in de zogenaamde achterglastechniek uitgevoerd, een schildertechniek waarbij direct op glas wordt geschilderd. Als de schildering af is wordt het geheel omgedraaid zodat men door het glas naar de afbeelding kijkt. Jan Kamps werd priester en verbleef vier jaar als pastoraal werker in Malawi (Afrika). Na zijn terugkeer besloot hij de kerk te verlaten en zich toe te leggen op de kunst. Sporen van zijn verblijf in Afrika zijn in dit ‘geschilderd evangelie’ doorgedrongen. De 15 achterglasschilderijtjes vormen een geheel maar ieder tableau heeft een eigen voorstelling. De middelste vijf vormen de kern van de kruisweg, zoals die in katholieke kerken te zien is, maar de eerste en derde serie van vijf afbeeldingen komen in de traditionele kruisweg niet voor. Vandaar de naam oecumenische kruisweg. Wel zijn alle 15 paneeltjes Bijbelse voorstellingen met uitzondering van het 9e paneeltje 'Jezus ontmoet de vrouwen', waarop Veronica met een doek het gelaat van Jezus afwist. De vierkante tableaus zijn in een sobere stijl geschilderd, waarbij het lijnenspel, de herhaling van de figuurtjes en de sprankelende kleuren elkaar versterken.
Aan dezelfde muur hangt een drieluik dat gemaakt is door leden van de Protestantse Gemeente. Dit drieluik is een uitbeelding van de thema’s van het Conciliair Proces. Het Conciliair Proces was een oecumenische beweging waarbij de kerken zich inzetten voor vrede, gerechtigheid en heelheid van de schepping. Om het bewustwordingsproces en de mentaliteitsverandering te symboliseren die door het Conciliair Proces werden nagestreefd, hebben de makers gekozen voor drie echte deuren met aan de buitenkant het (negatieve) tegenbeeld en aan de binnenkant het (positieve) beeld van een thema.
Naast het kerkgebouw staat een vrijstaande vierkante klokkentoren die bekostigd is door de overheid en eigendom is van de gemeente. In de toren hangt een carillon dat op woensdag van 13.00 tot 14.00 uur en op zaterdag van 11.00 tot 12.00 uur door de stadsbeiaardiers bespeeld wordt. Het kerkcentrum De Lichtboog wordt bijna geheel ingesloten door het winkelcentrum van Almere.
Op 7 maart 2021 hebben de rooms-katholieken het kerkcentrum verlaten en een eigen kerk, de St. Bonifatiuskerk, in gebruik genomen.
Bronnen: katholiekalmere.nl en pknalmerestad.nl