Plan-Leemans

Plan-Leemans

Beschrijving:

In 1875 kwam de regering tot de conclusie dat een eventuele inpoldering alleen voor rekening van de Staat uitgevoerd zou kunnen worden. Daarop besloot minister Theodorus Heemskerk Azn (1852-1932) van Binnenlandse Zaken om een ingenieur van Rijkswaterstaat een ontwerp te laten maken voor drooglegging van een kleiner deel van de Zuiderzee. Hoofdinspecteur-generaal van Rijkswaterstaat ir. Wilhelmus François Leemans (1841-1929), die eerder secretaris van de Staatscommissie van 1870 was, kreeg van de regering opdracht een plan op te stellen. In 1875 kwam hij met de eerste plannen voor drooglegging van de polders. Van Blokkershoek, ten zuiden van Enkhuizen naar de Ketel, de zuidelijke IJsselmonding, zou een dijk gelegd worden. In het plan werd de zanderige IJsselmond buiten de bedijking gehouden en bleven Urk en Schokland als eiland bestaan. Alleen vruchtbare kleigrond zou binnen de bedijking komen. Het plan van Leemans werd in 1877 opgenomen in een wetsontwerp dat aan de Tweede Kamer werd aangeboden. Tot een parlementaire behandeling kwam het echter niet omdat het kabinet-Heemskerk Azn. een half jaar later aftrad. Het nieuwe kabinet-Kappeyne van de Coppello zag niets in het wetsontwerp en trok het weer in. De opvolger van Heemskerk, Johannes Tak van Poortvliet (1839-1904), wilde ruim baan maken voor een ander plan waarbij de afsluitdijk noordelijker zou komen te liggen zodat ook Friesland er baat bij had. Het plan was van een goede kennis van Tak van Poortvliet, Age Buma uit Hindeloopen.