Carillon Open Haven

Carillon Open Haven
Carillon Open Haven Carillon Open Haven Carillon Open Haven

Plaats: Zeewolde

Locatie: Kerkplein

Maker: André Lehr

materiaal: brons, staal, eikenhout

Jaar: 1986


Beschrijving:

Toen de eerste paal van het dorp Zeewolde nog maar nauwelijks geslagen was, werd er al gesproken over een carillon. Met een beiaard zou het nieuwe dorp Zeewolde symbolisch een brug slaan van het verleden naar de toekomst en zou het Nederlandse karakter van het dorp worden benadrukt. Aangespoord door de toenmalige commissaris van de koningin Han Lammers en de eerste burgemeester van Zeewolde Harm Bruin-Slot zamelden de bevolking en het bedrijfsleven geld in. Bij de nieuwbouw van kerkcentrum Open Haven werd al direct rekening gehouden met de plaatsing van een carillon. Heemraadschap Fleverwaard, de voorloper van Waterschap Zuiderzeeland, schonk een klokkentoren aan Zeewolde. In 1986 werd in de 36 m hoge opengewerkte toren, die gemeentelijk eigendom is, een carillon geplaatst dat gegoten werd door de Koninklijke Klokkengieterij Eijsbouts in Asten. Het was hartje winter en zo koud dat toen de klokken naar boven gehesen werden, de toren afgedekt moest worden met kleden. Het carillon werd op 2 januari 1987 officieel in werking gesteld. Om het carillon meer bekendheid te geven en om zorg te dragen voor regelmatige bespeling en onderhoud van het instrument werd op 18 december 1987 de 'Vereniging Vrienden van het Carillon Zeewolde' opgericht.

De beiaard bestond uit 47 klokken op basis van G1. Omdat met name de nodige zwarte toetsen misten werden op 15 april 2009, dankzij een bijdrage van het Prins Bernhard Cultuurfonds, 3 klokken bijgeplaatst en kwam er een eikenhouten stokkenklavier. Ook deze klokken zijn door de Koninklijke Eijsbouts Klokkengieterij in Asten gegoten. Klokken voor profane doeleinden krijgen meestal versieringen uit de Griekse mythologie. De grootste klok, bastoon es, is evenals de overige basklokken voorzien van een randversiering met strijdwagens getrokken door paarden, de naam van de gieter en de naam van de sponsor. Op de Baston 9 staat onder de randversiering: EIJSBOUTS ASTENSIS ME FECIT ANNO MMVIII. Vervolgens zien we eenzelfde randversiering met daaronder een gedicht geschreven door een inwoonster van Zeewolde:

GOUD GLIMMEND
GLOEIEN KLOKKEN
IN HUN HOUTEN HOGE HUIS
 
WEERKAATSEN DAAR DE POLDERZON
STRALEN DIE ALLES VERWARMEN

Onder het gedicht staat: PRINS BERNHARD CULTUURFONDS 2008

De kleinste klok, die 4,5 kg weegt, is vernoemd naar Jan Verschoor, erelid van de 'Vereniging Vrienden van het Carillon Zeewolde'. Verschoor, oud-havenmeester en inwoner van het eerste uur van Zeewolde, is degene die zich van begin af aan altijd heeft ingezet voor de beiaard van Zeewolde. Als dank daarvoor heeft hij een eigen klok gekregen. De klokken werden met een concert op 18 juni 2009 officieel in gebruik genomen.

Vrijwel elk Nederlands carillon is als het ware ‘getrouwd’ met het uurwerk. In reeds lang vervlogen tijden schaften gemeentebesturen uurwerken aan die, zichtbaar voor de gehele bevolking, hoog in de kerktorens werden opgehangen. Al snel ontstond de behoefte de tijdsaanduiding ook hoorbaar te maken. Op hele en halve uren werd een klok aangeslagen door middel van een automatische speeltrommel. Om de bevolking te waarschuwen dat de uurslag eraan kwam, werd vóór de uurslag een kort melodietje afgespeeld, ‘voorslag’ genoemd. Ook in Zeewolde klinkt om het halfuur een door een computerspeelwerk afgespeeld melodietje om te attenderen op de (half)uurslag. In de computer kan de informatie voor maximaal 99 melodieën opgeslagen worden. Wekelijks, op vrijdag van 17.00 -18.00 uur, wordt het klokkenspel live bespeeld door de beiaardier vanuit de beiaardcabine die vanaf het Kerkplein duidelijk zichtbaar is. De kleine klokken hangen boven de cabine, enkele grotere hangen eronder. Het carillon blinkt uit in bespeelbaarheid en heeft een heldere, frisse klank. Uniek is de mogelijkheid om het carillon in de kerkzaal te zien en te beluisteren. Daarmee wordt samenspel mogelijk met andere instrumenten zoals orgel of piano. 

Ook de drie luidklokken hangen onderin de toren. Deze klokken worden met vallende klepel geluid. De klokken hangen aan een gekrukte as, een luidas in de vorm van een omgekeerde letter U. Hierdoor komt de klok hoger ten opzichte van het draaipunt te hangen. Tijdens het luiden maakt de klok minder grote zwaaibewegingen. Bij het luiden aan de krukas komt de klepel nauwelijks in beweging. De klok slaat tegen de klepel aan. Als de klok naar je toezwaait klinkt de toon iets verhoogd (de bim) en als de klok van je afzwaait klinkt de toon verlaagd (de bam). De luidklokken hebben een aangegoten  kroon, waarmee ze aan de luidas zijn bevestigd. De beiaardklokken zijn zonder kroon gegoten. 

Bron: Vereniging Vrienden van het Carillon Zeewolde.  

Beiaardier

Boudewijn Zwart (1962) is vanaf 1987 de vaste beiaardier in Zeewolde. Zwart wilde als kind al beiaardier worden. Hij groeide op in Amersfoort en ging dikwijls spelen in het bos waar zich de oefentoren van de Nederlandse Beiaardschool bevindt. De theorielessen krijgen de studenten gewoon in de stad. Maar voor de praktijk wijken zij uit naar het bos waar zij niemand tot last zijn met hun gebeier. Het leek Zwart helemaal het einde: "zo hoog in een toren en dan ook nog muziek maken". Hij ging beiaard studeren aan de Nederlandse Beiaardschool in Amersfoort en piano (hoofdvak) aan het Sweelinck-conservatorium in Amsterdam. Toen hij ver genoeg gevorderd was en voor de eerste keer op een echte beiaard mocht spelen, de Lange Jan in Amersfoort, speelde hij 'Sur le pont d'Avignon'. In 1990 won hij alle categorieën van de driejaarlijkse Internationale Beiaardwedstrijd 'Koningin Fabiola' in Mechelen (België). Met Henry Groen vormde hij jarenlang het Nederlands Carillon Duo. 

Boudewijn Zwart is stadsbeiaardier van Dordrecht (Grote Kerk), Ede (Oude Kerk), Gouda (St. Janstoren), Amsterdam (Westertoren, Zuidertoren en de Oude Kerk), Bergambacht (St. Laurentiustoren) Schoonhoven, IJsselstein, Barneveld, Nijkerk, Apeldoorn, Wageningen en Zeewolde.

Ontwerper

André Lehr werd op 9 november 1929 in Utrecht geboren. Hij was een kleinzoon van Andries Oomes (1872-1952), stadsbeiaardier van Kampen. Na het het behalen van zijn HBS diploma in 1948 ging hij aan de Universiteit in Utrecht natuurkunde studeren. Kort daarop solliciteerde hij naar de functie van aankomend campanoloog bij Klokkengieterij Eijsbouts in Asten. Uit een groot aantal sollicitanten werd hij aangenomen en trad op 1 januari 1949 in dienst in de functie van klokkenstemmer op de nieuwe afdeling van de klokkengieterij. De fa. Eijsbouts was in 1947 met klokkengieten begonnen omdat de regering na de Tweede Wereldoorlog verbood om deviezen te besteden aan import van klokken. Er was destijds veel vraag naar klokken omdat de Duitsers in de oorlog meer dan de helft van de klokken in Nederland had laten omsmelten. Koper en tin was nodig voor de Duitse oorlogsindustrie. Toen André Lehr net bij Eijsbouts in dienst was, viel hij midden in een heftige richtingenstrijd over de klank. De oude garde vond dat het klokkenspel een beetje onzuiver moest klinken. Sinds de jaren 1970 is iedereen het erover eens dat een beiaard zuiver van toon moet zijn. Na het overlijden van Max Eijsbouts in 1976 kwam de leiding van Klokkengieterij Eijsbouts in handen van Lehr. Op 30 juni 1991 ging hij met pensioen.

Lehr schreef veel standaardwerken over de campanologie, de leer en kennis van beiaard- en luidklokken. Hij heeft niet alleen een belangrijke bijdrage geleverd aan de beiaardkunde, maar is tevens grondlegger geweest van het Nationaal Beiaard Museum in Asten, waar zich een unieke collectie klokken(spelen) uit de gehele wereld bevindt. Lehr heeft ook aan de basis gestaan van het bouwen van figuurspelen en astronomische uurwerken. 

André Lehr overleed op 27 maart 2007 in Asten, 77 jaar oud.