Avro Lancaster Mk. III ED706

Avro Lancaster Mk. III ED706
Avro Lancaster Mk. III ED706 Avro Lancaster Mk. III ED706 Avro Lancaster Mk. III ED706 Avro Lancaster Mk. III ED706 Avro Lancaster Mk. III ED706 Avro Lancaster Mk. III ED706 Avro Lancaster Mk. III ED706 Avro Lancaster Mk. III ED706

Plaats: Almere

Locatie: Kavel AZ71 nabij Brikpad

Maker: A.V. Roe Aircraft Co

materiaal: diverse materialen

Jaar: 1942


Beschrijving:

In de nacht van 30 april op 1 mei 1943 nemen 305 vliegtuigen, 190 Lancasters, 105 Halifaxes en 10 Mosquito's deel aan een bombardementsvlucht op de industriestad Essen in het Duitse Ruhrgebied, waar zich de Krupp Stahlwerke bevonden waar veel oorlogsmaterieel werd gebouwd. Boven het doel worden wolken verwacht en de met Oboe radarapparatuur uitgeruste Mosquito's krijgen opdracht de doelen te markeren. De Oboe, de 'blinde bommenrichter', stelde hen in staat hun doelen met aanzienlijke nauwkeurigheid te treffen. Het bombardement is een succes, ondanks het dichte wolkendek deze nacht rapporteren 238 crews dat ze hun bommenlast boven Essen gedropt hebben. 189 Gebouwen worden verwoest, 237 ernstig beschadigd, de fabrieken van Krupp worden gebombardeerd en er vallen 53 doden te betreuren en 218 gewonden. Twaalf geallieerde toestelen keren niet terug op hun basis in Engeland, 6 Halifaxes en de Lancasters ED451, ED706, ED771, ED783, ED838 en W4925. Elf van deze toestellen zijn in Nederland terecht gekomen. Eénentachtig bemanningsleden vinden de dood, 2 raken gewond en 17 worden krijgsgevangen genomen. De Halifax II met registratinummer JB803 wordt om 02.26 uur boven Muiden neergeschoten door FW. Heinz Vinke en stort neer in de Noordpolder. De Lancaster Mk. III ED771 wordt geraakt door Flak en stort om 03.30 uur neer bij de Kampweg in Harderwijk.
 
Op 1 mei stijgt om drie minuten na middernacht de Avro Lancaster Mk. III met serienummer ED706 op van RAF Station Scampton (Lincoln Engeland) en zet koers naar Essen. Het toestel was op 8 maart 1943 aan No. 57 Squadron RAF geleverd en krijgt de rompcode DX-A. Het is één van de 491 toestellen die in eerste instantie de naam Avro Type 683 Manchester III krijgt, maar later werd omgedoopt in Lancaster Mk. III. De bommenwerper is tussen juni 1942 en november 1943 gebouwd door A.V. Roe en uitgerust met vier in Amerika bij Packard Company gebouwde Merlin 28 motoren met een vermogen van 1.280 pk. Om de druk op de productie van de Merlin niet alleen te laten afhangen van Rolls-Royce, werd de Packard Company in de Verenigde Staten de licentie verleend ook Merlin motoren te produceren. Lancasters uitgerust met de Packard Merlin stonden bekend als de Mk III. In de nacht van 22 op 23 maart 1943 vliegt het toestel zijn eerste operationele missie.
 
Deze nacht vliegt de ED706, met aan boord de 23-jarige piloot Sgt. William John Glotham, de 21-jarige boordwerktuigkundige Sgt. John Kenneth Mansley, de 22 jarige navigator Sgt. Albert Victor Ansell, de 21-jarige bommenrichter Sgt. Michael James Grace, de 22-jarige radiotelegrafist/boordschutter Sgt. Joseph Hodgson, de 31-jarige boordschutter Sgt. Walter Nugent en de 18-jarige boordschutter Sgt. Cyril Douglas Todd, zijn 5e missie. Uit het nachtrapport is op te maken dat het toestel deel uit maakt van de 5e aanvalsgolf. De Lancaster wordt beschoten door langs de Nederlandse kust opgesteld Duits afweergeschut (Flak) en stort om 02.38 uur neer in het IJsselmeer, ten noorden van Muiderberg. In totaal heeft het toestel slechts 91 vlieguren gemaakt. De bemanning komt bij de crash om het leven, hun lichamen zijn niet geborgen. Alle zeven bemanningsleden worden geregistreed als Missing-in-Action (MIA). Hun namen staan gebeiteld in de panelen 150, 158, 140, 151, 153, 160 en 167 op het Runnymede Memorial langs de Theems, even buiten Londen, waar Engeland de bemanningen van de Royal Air Force herdenkt die geen 'known grave' hebben.
 
De Lancaster wordt eind september 1978 bij ploegwerkzaamheden op kavel AZ71 gevonden. De Koninklijke Luchtmacht krijgt een telefoontje van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders dat er onderdelen van een vliegtuig in de poldergrond liggen. Een eerste onderzoek van bergingsofficier Gerrit Jan Zwanenburg toont al aan om wat voor een soort vliegtuig het gaat. Het toestel wordt in oktober door de Bergingsdienst van de Koninklijke Luchtmacht geborgen. De Waarheid meldt op 2 oktober 1978 onder de kop "Vliegtuigwrak in de polder" het volgende: "In het meest westelijke puntje van Zuidelijk Flevoland is het wrak aangetroffen van een viermotorige Britse Lancaster die daar tijdens de tweede wereldoorlog is neergestort. Het wrak wordt nu uit de bodem opgegraven, een wagenlading brokstukken is al geborgen. Het vermoeden bestaat dat ter plaatse ook nog bommen liggen". Het vliegtuig moet in een vrij steile val het IJsselmeer hebben geraakt, stukken van de neuskoepel en van de staart zijn op betrekkelijk korte afstand van elkaar tot op een diepte van 3 à 4 meter in de bodem aangetroffen. Uit de gevonden onderdelen van een bomcontainer en munitie, 100 kleine brandbommen, is op te maken dat het toestel op de heenweg naar het doel is neergestort. Die brandbomresten geven de onderzoekers het vermoeden dat zich aan boord een cookie moet hebben bevonden. Onderzoek heeft uitgewezen dat het toestel voor het neerstort in het IJsselmeer, bommen gedropt heeft bij Durgerdam. Tijdens de bergingswerkzaamheden worden stoffelijke resten van twee personen aangetroffen. Het is voor de Bergings- en Identificatiedienst van de Koninklijke Luchtmacht niet mogelijk om deze te identificeren, ondanks het zeer gave gebit dat gevonden was. De stoffelijke resten zijn met militaire eer begraven in twee naamloze graven (sector 22, rij F, graf 8 en 9) op de Canadian War Cemetery in Groesbeek. Op de grafstenen staat vermeld : 
 
An Unknown airmen of  the 1939-1945 war
Royal Air Force
1st may 1943
A member of the crew of Lancaster ED706.
 

In 2000 is langs de Oostvaardersdijk windpark Jaap Rodenburg in gebruik genomen. Tijdens de bouw van het windpark Jaap Rodenburg ontdekt de gemeente Almere dat één van de windmolens gebouwd wordt op de plek waar destijds de Lancaster ED706 is opgegraven. Op 18 oktober 2014 is nabij de crashplek de eerste markeringspaal in Zuidelijk Flevoland geplaatst en op de windmolen een sticker met het silhouet van een Lancaster en daaronder een roundel en de datum 1 mei 1943. Begin 2020 worden de windturbines van het windpark ontmanteld om plaats te maken voor 10 grotere turbines. Bij de bouw van windpark Jaap Rodenburg II is de herdenkingsplek in ere hersteld. Op 1 februari 2022 onthult wethouder Hilde van Garderen (Openbare Ruimte, Kunst & Cultuur en Stadsvernieuwing) van de gemeente Almere op één van de nieuwe windmolens nieuw een 'monument'. Vattenfall vindt het belangrijk dat dit stukje geschiedenis niet verdween met het vervangen van de oude windmolens. Daarom zie je nu niet alleen een vliegtuig op de windturbine zelf maar is er ook een bord geplaatst bij het onderstation van het windpark met het verhaal en foto's van alle inzittenden.

Bekijk ook het nieuwsitem op Omroep Flevoland