Messerschmitt Bf 110F-4, 4811
Plaats: Elburg
Locatie: Buurtschap Hoge Enk
Maker: Messerschmitt AG
materiaal: diverse materialen
Jaar: 1942
Beschrijving:
Lt. Oskar Köstler van het commando nachtjachers 10./NJG1 is in 1943 gestationeerd op Fliegerhorst Leeuwarden. Fliegerhorst was de benaming voor een Duits militair vliegveld in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog. Nachtjagers van NJG1 maken regelmatig gebruik van vliegveld Bergen, dat als sateliet van Leeuwarden fungeert. In de avond van 9 april stijgt piloot Köstler om 21.50 uur op van Bergen voor een nachtvlucht met de Messerschmitt Bf 110F-4 met werknummer 4811 en code G9+CX. De piloot deelt de cabine van de nachtjager met zijn marconist/radar-operator Uffz. Heinz Hühn.
Köster wordt ingezet in de sector van radarpeilstation Hering. Na ongeveer een uur krijgt hij een koersinstructiie en wordt door de gevechtsleidingsofficier naar zijn doel geleid. De Bf 110F is uitgerust met een zg. “Lichtenstein”-radar-systeem, dat een reikwijdte van ongeveer 4 km heeft. Op een gegeven moment ziet Uffz. Hühn een toestel op zijn radarscherm dat 2,2 km van hen verwijderd is. Daarop leidt hij zijn piloot naar het toestel toe. De jager is bewapend met vier naar voren gerichte 20 mm boordkanonnen en valt van achteren en onderen aan, waarbij het een steile klim maakt en direct na het vuren moet wegduiken. Wanneer het aangevallen toestel bommen aan boord heeft en in de romp wordt getroffen, loopt ook de jager groot gevaar. Omstreeks 22.45 uur onderschept de tweemotorige Duitse Nachtjager boven het IJsselmeer de
Lancaster ED 618 van het No. 101 Squadron die een aanvalsvlucht naar Duisburg maakt. Laag achter de Lancaster vliegend ziet Köstler het vliegtuig duidelijk tegen de lucht afsteken. Köstler geeft het bericht 'Pauke-pauke' door, de Duitse radiocode van de jager om te melden dat hij aanvalt. De kogels raken het bommenruim en de Lancaster explodeert in de lucht. Lt. Köstler kan niet op tijd een duikvlucht maken. Het toestel wordt geraakt door brandende brokstukken. De Messerschmitt stort samen met de Lancaster neer. Uffz. Hühn weet zich per parachute uit het brandende toestel te redden en landt ergens in de bossen bij Oldebroek. De 22-jarige Lt. Köstler en de 7 bemanningsleden van de Lancaster overleven de crash niet.
Oskar Köstler is op 14 augustus 1920 geboren in Langentheilen en neemt op 4 oktober 1939 dienst bij de Luftwaffe. Na zijn opleiding tot nachtjagerpiloot wordt hij op 1 juli 1942 ingedeeld bij IV./NJG1 dat onder commando staat van Hptm. Helmunt Lent. In de nacht van 9 op 10 april 1943 schiet Köstler zijn 6e en tevens laatste toestel neer. Kort na de oorlog neemt de Nederlandse regering het besluit om alle gesneuvelde Duitsers over te brengen naar één centrale dodenakker, de
Duitse militaire begraafplaats in Ysselstein. Het stoffelijk overschot van Köstler is aldaar herbegraven in blok AR, rij 5, graf 102.
In 2011 plaatste de Stichting 4 mei herdenkingen Dronten aan de Alikruikweg 20 in Swifterbant een herdenkingspaal waarop stond dat op die plek de Messerschmitt Bf 110F-4, 4811 was neergestort. Amateurhistoricus Dick Breedijk uit Balkbrug doet al ruim 30 jaar onderzoek naar neergestorte vliegtuigen uit de Tweede Wereldoorlog. Volgens hem was de Messerschmitt van Lt. Köstler niet, zoals de tekst op het bordje op de herdenkingspaal van de Crashroute vermeldde, in stukken neergekomen aan de Alikruikweg maar in zijn geheel neergestort achter Huize Putten, in het Buurtschap Hoge Enk in de Gemeente Elburg.
Aan de Alikruikweg 20 is in november 1962 het wrak opgegraven van de Messerschmitt BF 109G-5 met werknummer 27100.