Kiepsteiger

Kiepsteiger
Kiepsteiger Kiepsteiger Kiepsteiger

Plaats: Marknesse

Locatie: Expansie 10

Maker: Fr.-Gr. Coöp. Suikerfabriek

materiaal: beton

Jaar: 1951


Beschrijving:

De Noordoostpolder is in de crisisjaren van de 20e eeuw bedacht en getekend. Omdat in de ontwerpperiode het vervoer over het water nog een belangrijke rol speelde, zijn de hoofd- en een aantal zijvaarten geschikt gemaakt voor de scheepvaart. De omvang van de scheepvaart in de polder werd tot 1970 in hoge mate bepaald door het transport van suikerbieten naar de fabrieken nabij Groningen, in Halfweg, Puttershoek en West-Brabant. Binnenvaartschepen voeren via de drie hoofdvaarten en de zijtakken naar de loswallen in de dorpen. De meest voorkomende schepen waren destijds van het type Spits met een laadvermogen van 300 ton en een lengte van ca. 38 m. De eerste twee loswallen in de Noordoostpolder in respectievelijk de Zwolsevaart bij Emmeloord en aan het eind van de Marknesservaart werden aanbesteed en gegund aan de N.V. Aannemings Maatschappij v.h. J.M. Strijland uit Uithoorn voor een bedrag van ƒ 73.800,-. In Marknesse kwam in 1949 zowel aan de westelijke als aan de oostelijke oever van de Marknesservaart een los- en laadplaats gereed. In de tweede helft van 1948 werd een bouwvergunning verleend voor de bouw van een weegbrug met weeghuisje nabij de losplaats op de oostelijke oever. Omdat de suikerbieten meer en meer met tractoren en kiepauto's aangevoerd werden, werd deze loswal door de Friesch-Groningsche Coöp. Suikerfabriek te Groningen in 1951 uitgebreid met een kiepsteiger. De op een oprit gelijkende betonnen constructie stak een eind boven en buiten de kade uit. De trekkercombinatie of vrachtauto reed achteruit de kiepsteiger op en kiepte de lading rechtstreeks in het ruim van het eronder liggende schip. 

Maar voordat de bieten in het schip gekiept werden moest er eerst een monster genomen worden, want de suikerbieten kwamen niet schoon bij de landbouwer vandaan, er zat nog aarde aan. Daar betaalde de suikerfabriek niet voor en ook niet voor het loof dat er soms gedeeltelijk nog opzat. Er werd betaald voor schone bieten, voor het nettogewicht, terwijl de weegbrug een brutogewicht gaf en uitprintte. Het brutogewicht moest nog ‘getarreerd’ worden. Tarreren is het vaststellen van het gewicht van het vuil dat met de bieten meegewogen is. Hiervoor werd door een monsternemer een monster van de vracht genomen. Het monster ging vervolgens naar het tarreerlokaal waar de tarra en het suikergehalte werd vastgesteld.

Door de veranderende bedrijfsvoering is het bietentransport in 1978 geheel overgenomen door wegverkeer. De laadbrug werd niet alleen tijdens de bietencampagne gebruikt, maar ook voor het overladen van andere bulkgoederen zoals graan, aardappelen, penen en uien. Voeren er in 1962 nog gemiddeld 5700 binnenvaartschepen per jaar in de polder in 1982 was dat teruggelopen naar 1000 schepen. Toen de landbouwproducten meer en meer rechtstreek met vrachtwagencombinaties van de boerderij naar de afnemer vervoerd werden, raakte de kiepsteiger buiten gebruikt. In 1983 werd het industrieterrein in Marknesse uitgebreid aan de oostelijke oever van de vaart. Om de uitbreiding te ontsluiten werd met financiële steun van de provincie een dam in de Marknesservaart aangelegd. De hoge brug over de vaart werd gesloopt. In 1985 vestigde Yro Keukens en Badkamers zich als één van de eerste bedrijven op het bedrijventerrein. Achter op hun terrein staat nog steeds de kiepsteiger, of zoals hij in de Noordoostpolder genoemd wordt de bietenbrug. Het is één van de vier overgebleven kiepsteigers in de polder. De andere drie zijn te vinden in Emmeloord, Kraggenburg en bij Ramspol. Ook in Creil, Rutten, Luttelgeest en op de Kade (tegenwoordig Zuiderkade) in Emmeloord hebben kiepsteigers gestaan, maar die zijn in de loop der jaren verdwenen. Toen de kiepsteiger aan de Zuiderkade in Emmeloord gesloopt werd is de oprit gebruikt als landhoofd voor fietsbrug De Overstap, de brug tussen de Zuiderkade en woonwijk De Zuidert. De laadsteiger aan de Kade in Emmeloord was eveneens in 1951 gebouwd door de Friesch-Groningsche Coöp. Suikerfabriek in Groningen.

De kiepsteiger is nog het enige dat overgebleven is van de toenmalig loswal. De weegbrug en het weeghuisje zijn na 1988 afgebroken, maar tegenover de kiepsteiger ligt nog wel de zwaaikom waar de schepen draaiden voor ze afmeerden onder de kiepsteiger.