Eerste woningen Rietstraat en omgeving
Plaats: Emmeloord
Locatie: Rietstraat / Zeeasterstraat
Maker: Directie Wieringermeer
materiaal: baksteen / dakpannen
Jaar: 1943 - 1944
Beschrijving:
Omdat er snel met de bouw van woningen in Dorp A, het latere Emmeloord, begonnen moest worden werd al in een vroeg stadium door de Directie Wieringermeer een gedetailleerd ontwerp gemaakt voor wijk 1. De latere stratennamen in dit oudste deel van Emmeloord zijn ontleend aan de pioniersvegetatie, de onkruidsoorten die in de eerste jaren na de drooglegging goed gedijden op de brakke grond. In de periode 1942-1945 groeide alleen in de Noordoostpolder meer riet dan in de rest van Nederland bij elkaar. Maar riet was eigenlijk geen onkruid. De rietbegroeing belemmerde niet alleen de groei van onkruiden, maar gebruikte ook veel bodemwater waardoor de grond sneller indroogde. Bovendien werd de grond steviger, wat de ontginning vergemakkelijkte. Het riet was na de ontginning betrekkelijk goed te bestrijden.
In de zomer van 1943, toen de Noordoostpolder nog maar net droog was, werd met realisatie van de eerste permanente woningen begonnen in een sobere variant van de Delftse Schoolstijl. Vlakbij het toenmalige arbeiderskamp begon men met de bouw van woningblokken aan de Middenstraat, de Zuiderstraat, de Weststraat en de Ooststraat, thans respectievelijk de Rietstraat, de Zeeasterstraat, de Zeebiesstraat en de Espelerlaan. Voor het ontwerp en de constructie van de woningen was de Bouwkundige Afdeling van de Directie verantwoordelijk. Omdat de polderbevolking aanvankelijk in hoofdzaak gevormd zou worden door jonge gezinnen werden alle woningen van ten minste drie slaapkamers voorzien. De eerste huizen die gereed kwamen, waren strikt gereserveerd voor het leidinggevend personeel van de Directie Wieringermeer en winkeliers. Omdat er ruimte genoeg was in de nieuwe polder zijn er voornamelijk rijen eengezinswoningen gebouwd in een ruime, open blokverkaveling. Hierbij zijn de woningrijen om en om gesitueerd, dus met de rug of voorkant naar elkaar toe. Om te voorkomen dat de bebouwing te massief zou worden, zijn de rijen opgebouwd uit vier tot acht woningen. Tussen de woningblokken waren doorgangen naar het achtergebied. De omstandigheden waaronder werd gebouwd waren verre van ideaal. Nederland was door de Duitsers bezet en materiaal, werktuigen, gereedschap en geschoolde arbeiders waren schaars. Omdat van de Duitsers niet ruim gebouwd mocht worden zijn de huizen bescheiden van afmeting, ze zijn smal en ondiep. Een historische bijzonderheid van deze woningen is dat het balkhout werd gezaagd uit palen die afkomstig waren uit de westelijke zeewering van het voormalig eiland Schokland. Bron: Woningbouw in Flevoland.
In 1943 kwamen, aan de rand van de rimboe, de eerste definitieve woningen gereed. Op 15 december 1943 werd de sleutel van een woning aan de Middenstraat 2 (Rietstraat) overhandigd aan de eerste bewoner. In de straat staan compacte, bijna gesloten woonblokken. De één laagse huizen zijn traditioneel gebouwd van baksteen en hout en staan onder een met gebakken pannen gedekt zadeldak. De kap is vrij hoog en stijl en voorzien van dakkapellen. De gevels zijn gemetseld in klezoorverband of klezorenverband, een metselverband waar de bakstenen met een kwart van de steenlengte (een klezoor) verspringen. Bij klezorenverband wordt onderscheid gemaakt tussen klezorenverband met vallende tand of staande tand. In de Rietstraat is het klezorenverband met staande tand te zien waarbij de lagen een klezoorlengte verspringen die om de andere laag weer terug verspringt. Zodra de lagen steeds in één richting verspringen spreken we van een vallende tand die naar links of naar rechts verwerkt kan worden. Behalve de woonkamer en keuken hadden de woningen ook een slaapkamer op de begane grond. Op de verdieping, onder de kap, was aan de voorzijde een grote slaapkamer en twee kleinere aan de achterzijde. Onder de trap was een kelder. De huizen hadden geen badkamer. De woningen, die 5,54 m breed en 7,00 m diep zijn, richten zich naar de straat. Kleine voortuintjes vormen de overgang tussen privé en openbaar. De huizen met een oneven huisnummer waren van een ander type dan de huizen met een even huisnummer en net iets groter. Ze waren 6,60 m breed en 6,57 diep. Op de begane grond was de slaapkamer aan de voorzijde gesitueerd en de woonkamer aan de achterzijde. Op Middenstraat 1 was het postkantoor gehuisvest. De woningen aan de Weststraat (Zeebiesstraat) zijn in 1943/1944 gebouwd en behoren tot hetzelfde type als de Rietsstraat.
De (arbeiders)woningen aan de Zuiderstraat (Zeeasterstraat) zijn in 1943/1944 gebouwd. De bebouwing bestaat uit strookbebouwing van vier of meer woningen. Ze zijn opgetrokken in rode baksteen en hebben een met pannen belegd zadeldak. Omdat versieringsmogelijkheden ontbraken, moesten de ontwerpers zich toeleggen op de zuivere vorm. De prachtige details in baksteen met verschillende metselverbanden zoals het vlechtwerk onder de goten zijn een expressie van een lange traditie in baksteenarchitectuur in Nederland. De detaillering van ramen en deuren is in vergelijking met later gebouwde woningen rijk te noemen. De blokken woningen met één bouwlaag met aangekapte, lichtgespitste dakkapellen waren als eerste gereed. Bij renovaties zijn de oorspronkelijke dakkapellen vaak vervangen door schuin aangekapte dakkapellen. De 2 laagse woningen aan de overzijde van de straat zijn van latere datum.
Aan de Ooststraat kwamen de woningen met de oneven huisnummers in 1943/1944 gereed. Deze woningen, die ruimer van opzet zijn en duidelijk chiquer van uitstraling, waren bestemd voor de ingenieurs. Aan de overzijde van de straat, in de woningen die in 1948 gebouwd waren, woonden de opzichters van de Directie Wieringermeer. De Ooststraat heeft achtereenvolgens Lischdoddelaan en Lischdoddestraat geheten, conform de rest van de straatnamen in deze onkruidbuurt. Omdat echter later werd gesteld dat de wegen die een wijk begrenzen, een neutrale naam diende te krijgen, werd deze weg vanaf 1948 de Espelerlaan.
De woningen aan de Rietstraat en de Zeebiesstraat zijn begin jaren '80 van de 20e eeuw door woningbouwvereniging 'Noordoostpolder' gerenoveerd waardoor het aanzicht en de uitstralingen van de huizen behoorlijk wijzigde. De goten, dakkapellen en buitenkozijnen werden aangepakt. Er kwam een aanbouw met keuken, de oude keuken werd bijkeuken en op de verdieping kwam een badkamer in plaats van een slaapkamer.