Dokter J.H. Jansenziekenhuis

Dokter J.H. Jansenziekenhuis
Dokter J.H. Jansenziekenhuis Dokter J.H. Jansenziekenhuis

Plaats: Emmeloord

Locatie: Urkerweg 1

Kunstenaar: A.H.J. Swinkels / B.H.E.L. Salemans

Materiaal: baksteen, staal, beton, glas

Jaar: 1961 - 1964


Beschrijving:

Vlak nadat de eerste woningen betrokken zijn, vestigde de eerste huisarts zich in Emmeloord. Op 3 januari 1944 betrokken dokter Johannes Hendrik Jansen en zijn echtgenote de hospitaalark, die in de Urkervaart lag. Dokter Jansen heeft een belangrijke bijdrage aan de gemeenschap van Emmeloord geleverd, zo was hij één van de grondleggers van het Rode Kruiswerk. Jansen was niet alleen een zeer kundig arts, maar hij had vele hobby's waarvan de gemeenschap heeft geprofiteerd. Ook heeft hij in de oorlog een groot aandeel gehad in het in veiligheid brengen van de bemanning van neergestorte vliegtuigen. Op 4 oktober 1950 overleed dokter J.H. Jansen op 37-jarige leeftijd ten gevolge van een noodlottig motorongeluk. Als eerbetoon kreeg het ziekenhuis in Emmeloord zijn naam, Dokter J.H. Jansenziekenhuis.

Nadat in september 1942 de Noordoostpolder drooggevallen was, verrezen er verscheidene arbeidskampen. In die kampen werd aanvankelijk ziekenrapport gehouden door de artsen uit de randplaatsen. In 1942 werd dr. J.J. Temmink als eerste arts in de Noordoostpolder aangesteld. Eind 1942 kreeg de bedrijfskundige dienst Noordoostpolder onder leiding van dr. Jacob J. Zwarteveen gestalte. In de zieken rapportkamer van elk kamp onderzochten de artsen de patiënten. Op 15 maart 1943 werd bij Vollenhove een noodziekenhuis in gebruik genomen, een houten kampbarak met wc's tegen de kopse wand, een gang in het midden, links een dienstruimte, rechts een grote zaal met schotten en kribben op hoge poten, en in de staart van de barak een keuken, de personeelsverblijven, een dokterskamer en een isoleerkamertje. De leiding van het ziekenhuis was in handen van de chef van de medische dienst, dokter Zwarteveen. Na de oorlog ontwikkelde het noodziekenhuis zich tot een klein, voor die tijd goed geoutilleerd, streekziekenhuis met operatiekamers en röntgenafdeling. Dankzij het bestaan van dit streekziekenhuis kreeg de Directie Wieringermeer in 1947 toestemming een ziekenhuis in Emmeloord te stichten. In 1953 werd toestemming verkregen voor de bouw van een nieuw ziekenhuis in de Noordoostpolder, dat aanvankelijk 100 bedden zou bevatten. Dit zou een rijksziekenhuis worden. Men verkreeg krediet voor het bouwrijp maken van de terreinen aan de weg naar Urk. In de loop van 1953 besliste de minister echter dat het geen rijks- maar een stichtingsziekenhuis moest worden, waarna in 1954 Stichting dokter J.H. Jansenziekenhuis in het leven werd geroepen. Het bestuur van de stichting bestond uit 7 leden. De landdrost was voorzitter. Door hem werden tot leden benoemd: mevr. Drs. J. Jonker—Smit en de heren W. G. de Feyter, J. W. M. van de Noort, P. K. Holthuis, W. A. Heuvelink en M. Rijken. Maar door bestedingsbeperking werd de bouw van het ziekenhuis door de minister op de lange baan geschoven. 

In 1957 werd door de Directie besloten om een tijdelijk ziekenhuis met 50 bedden aan de Staalstraat in Emmeloord te bouwen, in kamp Emmeloord II. Daar stonden twee stenen barakken. In een van deze barakken werden de polikliniek, de röntgenafdeling en het laboratorium gevestigd, terwijl in de andere de huishoudelijke afdeling en administratie gehuisvest waren. Op de koppen van de beide barakken was een montagehal van Schokbeton geplaatst voor de verpleegafdeling en de operatiekamer. In de bestaande kantine van het voormalige kamp werd de wachtkamer ingericht. Het noodziekenhuis in Vollenhove werd in verband met de overplaatsing naar Emmeloord met ingang van 15 september 1957 gesloten. Op 1 januari 1961 ging het tijdelijke ziekenhuis, dat nog altijd beheerd werd door de Directie Wieringermeer, over naar de Stichting dokter J.H. Jansenziekenhuis. Eén van de voorwaarden waaronder de overdracht geschiedde was dat zolang het definitieve ziekenhuis nog niet gereed was, het jaarlijkse exploitatietekort tot een maximum van ƒ 190.000,- door het rijk zou worden gedragen.

De ontwerpschetsen voor het definitieve ziekenhuis werden in 1956 gepresenteerd en in april 1957 kreeg de Stichting dokter J.H. Jansenziekenhuis eindelijk goedkeuring voor de bouw van het ziekenhuis. Op 20 april 1960 kon landdrost ir. P. Minderhoud aan de poldercommissie voor algemene zaken meedelen dat de financiering van het definitieve ziekenhuis rond was. De beide boerenleenbanken in Emmeloord verstrekte een geldlening van ƒ 4.750.000,- aan de Stichting. Het ontwerp van het ziekenuis was gemaakt door ir. Swinkels in samenwerking met ir. B. Salemans. De bouw werd in juli 1960 na onderhandse aanbesteding gegund aan het aannemersbedrijf Harm Fokkens Naarden N.V. uit Velp voor een bedrag van ƒ 2.380.000,-. De eerste heipalen werden in augustus 1960 geslagen. Het gebouw is gefundeerd op 320 betonnen heipalen met verzwaarde punt en een lengte van ca. 10,5 m. Alle betonbanden in de gevels, de daarboven gelegen dorpels en de geprofileerde zijwanden van de ingangspartij werden in perfab-beton uitgevoerd, de gevelkolommen werden in het werk gestort. Op 13 april 1962 legde Tilly Jansen, dochter van wijlen dokter Jansen, de eerste steen. Bij de steenlegging waren ook de weduwe van dr. J.H. Jansen en haar 3 zonen aanwezig en de vader van dokter Jansen, dr. H. Jansen sr. uit Haarlem.

Op 7 januari 1964 werd het ziekenhuis gedeeltelijk in gebruik genomen. Nadat de laatse bouwfase en de inrichting gereed gekomen was opende dokter Pieter Leonard Stal, Directeur-Generaal van de Volksgezondheid, het Dokter J.H. Jansenziekenhuis op 22 oktober 1964 tijdens een feestelijke bijeenkomst in het Voorhuys. Tijdens de opening bood de weduwe van dokter J.H. Jansen het ziekenhuis een gesneden paneel van de polder aan dat gemaakt was door de heer Smit, oud kampbeheerder van Nagele. Het ziekenhuis had een T-vormige opzet. Het gebouw bestond uit een aantal rechthoekige volumes die in elkaar geschoven zijn. Hierdoor is een plastisch (ruimtelijk) geheel ontstaan, dat versterkt wordt door de strenge detaillering van de gevels. Het moderne uiterlijk van het gebouw is in overeenstemming met de gebruikte bouwmaterialen: steen, glas, staal en beton. De totale investering van het ziekenhuis en het zusterhuis bedroeg uiteindelijk ƒ 8.300.000,-. In augustus 1969 maakte de voorzitter van het Stichtingsbestuur burgemeester F.M. van Panthaleon baron van Eck bekend, dat het bestuur besloten had de opdracht tot het maken van het uitbreidingsplan van het ziekenhuis van 150 naar 200 bedden te verlenen aan de architecten die het ziekenhuis hadden ontworpen. Deze plannen werden vanwege bezuinigingen in de gezondheidszorg door toenmalig staatssecretaris Joop van de Reijden in 1983 geschrapt. In 1989 kwamen de oude plannen weer op tafel. Op 8 mei 1991 kreeg het Dokter J.H. Jansenziekenhuis een vergunning om voor ƒ 30 miljoen een 3 verdieping tellende vleugel aan de zuidzijde van het ziekenhuis te bouwen. Daarnaast werd toestemming verleend voor vergroting van de polikliniek, vernieuwing van de röntgenafdeling en de bouw van een derde operatiekamer. Het gebouw werd vooral aan de oostzijde sterk uitgebreid naar ontwerp van Architectenbureau Roelofs, Nijst en Lucas (Bob Roelofs, Ton Nijst en Anton Lucas). Kosten ƒ 14 miljoen. Op 12 september 1997 werd het vernieuwde ziekenhuis officieel geopend door mevrouw drs. G.E.M. Tielen, directie Ziekenhuiszorg en Topsport van het ministerie van VWS. In 2009 is de naam van het ziekenhuis veranderd in Dokter J.H. Jansencentrum. Na het faillissement van de MC groep in november 2018, kocht de gemeente Noordoostpolder het ziekenhuispand op 14 maart 2019. 

De architectonische verschijningsvorm van het ziekenhuis kenmerkt zich door een cluster van blokvormige bouwvolumes van verschillende breedte en hoogte. In de eerste bouwfase bepaalde de esthetiek van de standaardisatie de verschijningsvorm. Het in het werk gegoten betonskelet met prefab-gevelelementen is kenmerkend voor de bouwtijd en levert het voor de wederopbouwperiode karakteristieke beeld op van horizontale banden, afgewisseld met de transparante vensterstroken. De poliklinische uitbreiding op de kop het behandelhuis werd in baksteen vormgegeven, net als de revalidatieafdeling. Het tweede beddenhuis kenmerkt zich door het bouwvolume met de gestucte gevels en kleinere vensterpartijen. Karakteristiek voor een ziekenhuis is dat het voortdurend moet inspelen op technische en organisatorische vernieuwingen. Grote en kleine aanpassingen zijn aan de orde van de dag. Voor het dokter J.H. Jansenziekenhuis betekent dat de verschillende bouwfasen redelijk herkenbaar zijn, maar het ontwerp behoorlijk verschraald. Kenmerkend zijn de aanpassingen aan het bouwdeel met de hoofdentree en de door nieuwbouw vervangen, iets uit het lood geplaatste dwarsgevel. Bron : rapportage dokter J.H. Jansenziekenhuis Emmeloord, Oversticht 6 mei 2021.

In het trapportaal hangt boven de 'eerste steen' een portret van de naamgever van het ziekenhuis, dat bij de feestelijke opening op 22 oktober 1964 geschonken was door de gezamenlijke huisartsen. Bij het ziekenhuis werd in 1964 het kunstwerk 'Thuiskomst' van de kunstenaar Teun Roosenburg geplaatst en in het trappenhuis hangt een keramisch plastiek van Frans Tuinstra uit 1964. In 1965 is een wanddecoratie van Jos Hermans geplaatst. In 1997 werd in de hal de installatie 'Vertrouwd lichaam, ontelbare zee ....' van Anna Thalia Benus aangebracht en in datzelfde jaar kwam voor de ingang het kunstwerk 'Oogst' van Nel van Lith.

Architecten

A.H.J. ( Anton) Swinkels werd in 1900 in Helmond geboren. Anton Swinkels stamde af van een aannemersfamilie. Na zij studie aan de Technische Hogeschool in Delft vestigde hij zich in Maastricht waar hij in 1928 een bureau stichtte, waarin het bureau van architect H. de Ronde opgenomen werd. Toen Swinkels zich als architect vestigde, was dit vrije beroep een vrijwel nieuw verschijnsel in de bouwwereld. Voorheen was het gebruikelijk dat een "bouwheer" zich voor de realisering van zijn initiatief wendde tot een "bouwer" ofwel een aannemer. De aannemers uit die tijd zorgden zelf voor het ontwerp, slechts zelden werd er een beroep gedaan op een onafhankelijk ontwerpend architect. 

Na de Tweede Wereldoorlog was Swinkels de eerste die betrokken was bij de wederopbouw van verwoeste kerken. Hij zette zich in voor de oprichting van de WGA, waarmee de kerkenbouw in Limburg haar eigen positie behield. In 1952 associeerde hij zich met B.H.E.L. Salemans. Bart Salemans werd in 1921 in Heerlen geboren. Hij studeerde aan de Technische Hogeschool in Delft. Hun beider bureau ontwierp een hele reeks kerken in de traditionele bouwstijl, waarbij het vooral Salemans was die het uitvoerende werk deed.

Anton Swinkels overleed op 27 november 1971. Bart Salemans overleed in 1981.