U bent hier:: Home > Kunst in de openbare ruimte > Noordoostpolder > Nagele > De Ploeger - St. Isidorus
« Vorige : Aa-A : Ba-Bor : Bou-Co : Cu-Expressie : Expressio-Geometrie : Geometris-Half : Hall-Kl : Ko-Mar : Mas-Non-figura : Non-figura-Pl : Po-R : Sa-Spe : Spi-S : T-Vl : Vo-Z : Volgende »
- hallenkerk
- Een hallenkerk is een kerkgebouw waarbij de zijbeuken ongeveer even hoog en breed zijn als het middenschip.
- hardsteen
- Hardsteen is één van de vele soorten natuursteen. Blootgesteld aan de buitenlucht wordt de blauwegrijze kalksteen op den duur ruwkorrelig en grijs.
- hellebaard
- Een hellebaard is een houw- en stootwapen uit de Middeleeuwen. Het bestaat uit een lange houten stok met aan het uiteinde een ijzeren punt en daaronder zijdelings een bijl en een steekwapen. In de Tachtigjarige Oorlog was de hellebaard nog heel gebruikelijk.
- hiërogliefen
- De oude Egyptenaren hadden een beeldschrift. Ieder tekeningetje was een woord We noemen het schrift van de Egyptenaren hiërogliefen. De naam is afgeleid van twee Griekse woorden: hiëros wat heilig betekend en glypho wat in steen gebeiteld betekend.
- hightech architectuur
- Hightech architectuur of Laat Modernisme is een stijl van architectuur die naar buiten kwam in de jaren 1970. Het ontwerp van hightech gebouwen is zo gemaakt dat de gebouwen goedkoop, gemakkelijk en snel te bouwen zijn. Het is de bedoeling van hightech dat de onderdelen van de gebouwen zoveel mogelijk in de fabriek worden gemaakt.
- hoogwatersteen
- Een hoogwatersteen is een gevelsteen ter herinnering aan een overstroming na de doorbraak van een rivier- of zeedijk. Als gedenksteen zijn in veel gebouwen in getroffen gebieden hoogwaterstenen te vinden, waarop de hoogste stand van het water toen is af te lezen. Rond de voormalige Zuiderzee zijn gebouwen te vinden met een aantal hoogwaterstenen bij elkaar, verwijzend naar even zovele rampen.
- huid
- De huid is het oppervlakte van een beeld. Elk materiaal heeft zijn eigen structuur die aan de oppervlakte zichtbaar is. Aan de huid of de oppervlaktestructuur kan je zien op welke wijze de kunstenaar het materiaal bewerkt heeft.
- in situ
- In situ is een Latijnse uitdrukking die in plaats of op zijn plaats betekent. De Wet op de archeologische monumentenzorg (2006) heeft als uitgangspunt dat archeologisch waardevolle resten op de vindplaats, in de bodem, moeten worden behouden. Dit noemen we: behoud in situ.
- ingekuild
- Een ingekuild wrak wil zeggen dat het ingepakt is in plastic folie. Een scheepswrak dat op het droge ligt, vergaat snel. Een wrak wordt het beste bewaard door het ter plekke nat te houden. Dit proces heet inkuilen.
- inkuilen
- Een scheepswrak dat op het droge ligt, vergaat snel. Een wrak wordt het beste bewaard door het ter plekke nat te houden. Dat kan door het in te pakken in plastic folie. Dit proces heet inkuilen.
- jaarringonderzoek
- Jaarringonderzoek of dendrochronologie is een onderzoeksmethode waarbij de diktes van jaarringen in hout opgemeten worden. Een boom maakt elk jaar een nieuwe jaarring aan en de dikte ervan is onder meer afhankelijk van het klimaat en andere lokale factoren. De verschillende jaarringen vormen samen een patroon dat specifiek is voor een bepaalde periode en regio. Door monsters te nemen van verschillende houten onderdelen van het schip en deze jaarringpatronen te vergelijken met bestaande jaarringkalenders, kan de periode waarin de boom gegroeid heeft en soms zelfs het jaar waarin de boom gekapt is, worden vastgesteld. Omdat de kalenders gebonden zijn aan een bepaalde regio, kan meestal ook bepaald worden uit welke streek het hout afkomstig is.
- jager-verzamelaars
- De eerste bewoners van Flevoland waren jager-verzamelaars, zij jaagden op dieren, visten en zochten naar kruiden, vruchten, zaden, bessen en noten. Zij hadden geen vaste verblijfplaats, maar trokken rond in kleine groepen van ongeveer twintig personen.
- Jakobsladder
- De term Jakobsladder is ontleend aan het verhaal in Genesis 28:10-22. In de Hebreeuwse Bijbel heeft de aartsvader Jakob een droom als hij voor zijn tweelingbroer Esau, die gezworen heeft hem te doden, op de vlucht is. In zijn droom heeft hij een visioen, Hij zag een ladder die de Hemel en Aarde verbond. Langs de ladder zag hij engelen omhoog gaan en afdalen. Bovenaan de ladder stond God die zei: 'Ik ben de HEER, de God van je voorvader Abraham en de God van Isaak. […] Ikzelf sta je terzijde, ik zal je overal beschermen, waar je ook heen gaat, en ik zal je naar dit land terugbrengen; ik zal je niet alleen laten tot ik gedaan heb wat ik je heb beloofd'. De Jakobsladder is een geliefd thema in de (Christelijke) kunst. De symbolische betekenis van de Jakobsladder is de verbinding tussen Hemel en Aarde. Deze betekenis kom je zowel in de oude- als moderne kunst tegen.
- kalkeerpapier
- kalkeerpapier is een semie-doorschijnend papier gemaakt van katoenen lompen en houtcellulose, behandeld met natuurlijke hars en terpentijn of lijnolie met alcohol.
- karveel gebouwd
- Vanaf het begin van de 16e eeuw verandert de bouwwijze van schepen van overnaads naar karveel. Een karveel gebouwd schip heeft een gladde scheepsromp. De term karveelbouw betekent dat de huidplanken van het schip met de lange zijden glad tegen elkaar aanliggen. Dit in tegenstelling tot de overnaadse bouw waarbij de huidplanken elkaar overlappen. Bij karveel gebouwde schepen zijn de huidplanken meestal onderling niet verbonden, maar alleen aan de spanten bevestigd. De verandering in de bouwwijze van de romp lijken vooral ingegeven te zijn door de eisen van de scheepvaart. In tegenstelling tot overnaads gebouwde schepen (tot ca. 30m) waren karveel gebouwde schepen bij grotere lengte voldoende sterk, stijf en waterdicht te construeren.
- keel
- De kleuren in de heraldiek (wapenkunde) hebben een andere naam dan in het dagelijks leven. De kleur rood wordt keel genoemd.
- keper
- In de heraldiek (wapenkunde) is een keper twee elkaar onder een meer of minder scherpe hoek ontmoetende stroken, oftewel een dakvorm. Meestal lopen de stroken over het hele veld. De stroken raken elkaar in het boven-midden van het schild. Een verlaagde keper raakt niet de bovenrand van het schild.
- keramiek
- Keramiek is een van de oudste kunstvormen. Al ver voor onze jaartelling werd klei gebruikt als materiaal voor beelden en gebruiksvoorwerpen. Keramiek komt van het Griekse keramos dat drinkvat of aardewerk vat betekent. Het is een techniek waarbij kneedbare zachte klei onder invloed van hitte verandert in hard steenachtig materiaal.
- keramische
- Keramische tegels of voorwerpen zijn gemaakt van gebakken klei. Ze zijn wel of niet voorzien van een glazuurlaag
- kielbalk
- Een kielbalk is een zware bodembalk over de hele lengte van het schip, die midscheeps de onderzijde van het schip vormt. Het is de basis voor het opbouwen van de stevens en de spanten. Soms is de kiel uit verschillende delen samengesteld.
- kielplank
- De kielplank is een zware langsscheepse plank, die midscheeps de onderzijde van een schip vormt. Het dient als fundament voor het gehele spantenstelsel.
- kim
- De kim is de overgang van het vlak (bodem) naar de zijde van een schip.
- kinetisch kunstwerk
- kinetisch kunstwerk is kunst waarin beweging een grote rol speelt. De beweging wordt vaak veroorzaakt door wind, water, motoren of doordat de toeschouwer het kunstwerk laat bewegen.
- klei
- Klei is een natuurlijk, kneedbaar materiaal. Klei wordt gewonnen uit rivierslib. Door het water dat erin zit, is klei kneedbaar. Je kunt het makkelijk vervormen. Bij het drogen krimpt de vorm ongeveer 10 procent. Na het drogen kan de klei gebakken worden.
- klezoorverband
- Een metselverband of steenverband is de manier waarop of het motief waarin de stenen zijn gemetseld. Het klezoorverband of klezorenverband is een variant op het halfsteensverband. Bij het klezoorverband verspringen de lagen niet een halve steen maar slechts een klezoorlengte, een kwart van een metselverband oftewel de lagen overlappen elkaar over de lengte van 3/4 steen. Bij staand klezoorverband, of klezoorverband met ‘staande tand’ verspringen de lagen een klezoorlengte die om de andere laag weer terug verspringt. Het is ook mogelijk om de lagen steeds in één richting te laten verspringen. Dan ontstaat het klezoorverband met ‘vallende tand’ of muizentrapje.