vormcontrast
vrijstaand
wandfries
watermolecuul
waterschepen
waterschip
Waterstaatstijl
wederopbouw
De wederopbouw (1946-1965) is een belangrijke periode in de Nederlandse cultuurgeschiedenis. Dit waren de jaren van schaarste, maar ook van optimisme en vernieuwing. Tijdens de wederopbouw werden de sporen van de Tweede Wereldoorlog uitgewist en werd Nederland opnieuw opgebouwd. Jaren van hard werken en sober leven. Langzaam aan ging het weer beter in Nederland. Nieuwe materialen en verkavelingspatronen deden hun intrede, evenals een nieuwe wijkopbouw met veel groen. Het motto van de stad werd licht, lucht en ruimte. Een belangrijk kenmerk van de werderopbouwperiode is de samenwerking tussen opdrachtgever, architecten en beeldend kunstenaars. In deze jaren was er een nauwelijks te bezadigen behoefte aan woningen en openbare gebouwen. Beeldend kunstenaars voorzagen deze nieuwe gebouwen van kunstwerken. Vaak zijn deze kunstwerken vast in het gebouw aangebracht en worden architectuur gebonden- of monumentale kunst genoemd. De overheid nam tal van maatregelen om de productie te bevorderen en om kunst in de woonomgeving te integreren. Grote delen van de bevolking zouden daardoor regelmatig en op ongedwongen manier met kunst in aanraking komen en er geleidelijk vertrouwd mee raken. In 1951 riep het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen de zogenaamde percentageregeling beeldende kunst in het leven. Volgens deze regeling kon bij alle door de overheid gefinancierde gebouwen 1,5 % van de bouwsom aan kunst worden besteed. De percentageregeling was tevens bedoeld om de kunstenaars in de economisch magere naoorlogse jaren te ondersteunen.
wederopbouwkunst
wegering
wijd- en smalschepen
wildverband
windveren
wolfsdak
wolfseind
woningwetwoning
zaalkerk
zadeldak
zandsteen
zijbeuk
zijschepen