Zicht op Schokland

Zicht op Schokland
Zicht op Schokland Zicht op Schokland Zicht op Schokland Zicht op Schokland Zicht op Schokland Zicht op Schokland Zicht op Schokland Zicht op Schokland

Plaats: Ens

Locatie: Waterkant

Kunstenaar: Eugène Terwindt

Materiaal: brons / eikenhout / rvs

Jaar: 2000


Beschrijving:

Ens ligt op 3 km afstand van het voormalig Zuiderzee-eiland Schokland. Het dorp dankt zijn naam aan de twee woonbuurten Middelbuurt en Zuidert die op het zuidelijke deel van Schokland lagen en tezamen Ens genoemd werden. Op de Loswal aan de Enservaart staat het kunstwerk 'Zicht op Schokland'. In 1998 trok dorpsvoorzitter Piet Baars aan de bel. De loswal, die alleen als stortplaats diende, was toe aan een opknapbeurt. Tijdens de jaarvergadering van Dorpsbelang Ens op 18 maart 1998 werd een plan gepresenteerd voor de herinrichting van de loswal en een wandelroute. Daarnaast werd meegedeeld dat het dorp een kunstwerk kreeg met het thema 'Schokland'. In juli 1999 kende het college van gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland aan de Vereniging Dorpsbelang Ens een LEADER subsidie toe waardoor de loswal opgeknapt kon worden en een 4,5 km lang wandelpad langs culturele, educatieve, sportieve en recreatieve objecten gerealiseerd kon worden. De wandelroute 'Rondje Ens' werd op 11 november officieel geopend met de onthulling van de sculptuur 'Zicht op Schokland' van de kunstenaar Eugène Terwindt. Samen met cultuurwethouder Jos Becke, tevens voorzitter van het A.D. van Eckfonds, knipte de kunstenaar symbolisch lintjes door. Terwindt vertelde bij die gelegenheid dat de lage polder en de loswal hem fascineerden. Dat resulteerde in het kunstwerk dat de eeuwenlange verwoede strijd van de bewoners van Schokland tegen het water verbeeldt. Het kunstwerk met peilstokken heeft een waterbouwkundige inslag. 

'Zicht op Schokland' bestaat uit verschillende onderdelen die samen één geheel vormen. Op 6 roestvrijstalen palen staan achtereenvolgens de getallen 1170, 1375, 1570, 1775, 1825 en 1916 vermeld. Deze getallen verwijzen naar de jaren waarin grote stormvloeden plaatsvonden. Zo herinnert het jaartal 1170 aan de Allerheiligenvloed op 1 november toen de veenrug tussen Enkhuizen en Stavoren, die er eeuwenlang voor gezorgd had dat het water van het Aelmere op hoog peil bleef, doorbrak. Hierdoor werd de waterstand sterk verlaagd met als gevolg dat het veen inklonk. De stormen in de daaropvolgende jaren hebben ertoe bijgedragen dat het binnenmeer een zee werd, de Zuiderzee. Gedurende de Marcellusvloed in 1375 teisterde een noordwesterstorm het Zuiderzeegebied en richtte grote schade aan. Tot omstreeks 1450 was Schokland nog met een veenrug met het vaste land verbonden en dus een schiereiland. Tijdens de Allerheiligenvloed op 1 november 1570, ook wel bekend als de Kleine Zondvloed, werden de laatste stukken van de veenrug weggeslagen en ontstond een eiland in de Zuiderzee. Bij de stormvloed van 14 en 15 november 1775 stuwde een zware noordwesterstorm, in combinatie met springtij, het water in de Zuiderzee tot een ongekend hoog niveau op. Schokland kwam onder water te staan en grote stukken land werden weggeslagen. Op 3, 4 en 5 februari 1825 woedde er een uitzonderlijk langdurige storm, eerst uit het westen, later uit het noordwesten. Deze storm viel samen met springtij, het water steeg tot 3,30 meter boven NAP, een halve meter hoger dan in 1775. De zeedijk bezweek en grote delen van de paalwering werden uit de bodem losgerukt. Het hoog opgejaagde water vernielde de stenen vuurtoren op de Zuidpunt volledig. Het protestantse kerkje op Middelbuurt raakte ernstig beschadigd en van de katholieke kerk op de terp Emmeloord sloegen de muren weg. Dertien mensen verdronken, 26 huizen werden onherstelbaar vernield en 70 zwaar beschadigd. Na deze stormvloed werd besloten Schokland in verband met de veiligheid van de bewoners te ontruimen. In 1859 moesten de Schokkers hun eiland gedwongen verlaten. Op 13 en 14 januari 1916 voltrok zich wederom een watersnood rond de Zuiderzee. Door een stormvloed, die samenviel met een hoge afvoer op de rivieren, steeg het water op Schokland tot 2,70 meter boven NAP. Het westelijk deel van Emmeloord was vrijwel geheel overspoeld, de golven sloegen de schutting voor de lichtwachterswoning weg. Op de zuidpunt was een levensbedreigende situatie ontstaan, de lichtwachtersfamilie wist het vege lijf te redden door in de vuurtoren te klimmen. De stormramp van 1916 heeft uiteindelijk geleid tot de afsluiting van de Zuiderzee. Ir. Cornelis Lely diende op 9 september van dat jaar zijn ontwerp in. In 1918 neemt het parlement de Zuiderzeewet aan, de wet tot afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee. Het Zuiderzeetijdperk eindigt op 28 mei 1932 toen de laatste 7 meter in de Afsluitdijk gedicht werden.

Ondanks al het natuuurgeweld staat het laatste restje Schokland nog steeds fier overeind. Voor het kunstwerk is het silhouet van Schokland in brons gegoten. Dit materiaal is even onverwoestbaar als het voormalig Zuiderzee-eiland. Vroeger was Schokland vele malen groter dan het smalle strookje land dat er sinds het droogvallen van de Noordoostpolder nog van over is. Dat er door de eeuwen heen veel landafslag is geweest wordt verbeeld door de drie palen waarop het bronzen eiland rust, de basis is breder dan de bovenkant. Als symbool van de eeuwenoude strijd tegen het water is Schokland in 1995 door Unesco tot werelderfgoed verklaard.

Als herinnering aan het oude dorp Ens op Schokland hebben vier kunstenaar uit het nieuwe Ens, langs de wandelroute 'Rondje Ens' 11 kunstwerken gemaakt die eveneens op 11 november 2000 onthuld zijn. Al deze kunstwerken hebben als thema 'Enedseae' of 'Eendenzee' waar de naam Ens van is afgeleid

Kunstenaar

Eugène Francois Emile Terwindt werd op 5 juli 1941 in Berg en Dal geboren. Na de HTS-Bouwkunde studeerde hij van 1964 - 1969 monumentale vormgeving en omgevingsontwerpen aan de Academie van Beeldende Kunst en Nijverheid in Arnhem als leerling van Peter Struycken (1936). In 1969 kreeg hij de academieprijs (projecten in de architectuur) voor zijn onderzoek naar relaties tussen kleur, vorm, ruimte en materiaal en dan vooral de interpretatie van 2 en 3 dimensionaliteit en de ruimtelijke suggestie. Terwindt vat het kunstenaarsvak breed op, wat er toe heeft geleid dat hij in adviescommissies heeft gezeten en op verschillende academies heeft gedoceerd met het vak vorm- en kleurleer. Zo doceerde hij van 1969 tot 1975 aan de academie in Arnhem. 

Eugène Terwindt woont en werkt in Velp. Een belangrijke inspiratiebron is de samenhang van relaties die bestaan tussen een landschap en de daarin aangebrachte ordening en voorwerpen. In zijn werk is veelal de relatie tussen het object en de omgeving het onderwerp. Hij vindt zijn inspiratie zowel in de analytische als in de poëtische benadering van het onderwerp. Eugène Terwindt werkt met natuursteen, (corten)staal, roestvrij staal en glas gecombineerd met andere materialen. Zijn werk is abstract of figuratief geabstraheerd. Naast het maken van omgevings- en monumentale kunst, is Eugène Terwindt ook conceptueel kunstenaar en houdt hij zich met interieur ontwerpen en schilderkunst bezig. Terwindt maakt schilderijen, aquarellen en tekeningen met als thema 'ruimte en landschap' in relatie tot menselijk ingrijpen.

Eugène Terwindt ontwierp het binnenplein met enorme glazen boog van het Academisch Ziekenhuis in Utrecht, het kunstwerk 'Golf, bank en staanders' op het Raadhuisplein te Papendrecht, een 26 meter hoge, vrijstaande plastiek 'The sky is the limit' op het landgoed Avegoor in Ellecom en het monument voor 15 gesneuvelde geallieerde vliegers in Rozendaal. Zijn naam is eveneens verbonden aan monumentaal werk in Eindhoven, Heerlen, Helmond, Rotterdam, Velp, Apeldoorn, Naaldwijk, Ens (gemeente Noordoostpolder) en Lelystad.