Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper

Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper
Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper Voormalig R.K. Kerk St. Jan de Doper

Plaats: Kraggenburg

Locatie: Voorstraat 1

Architect: J.H. Froger

materiaal: Baksteen

Jaar: 1950 - 1951


Beschrijving:

Op 9 december 1949 richtte de Aartsbisschop van Utrecht Johannes Kardinaal de Jong (1885-1955) een nieuwe parochie in Kraggenburg op en benoemde de zeereerw. heer F.J.B. Koopmans tot pastoor. Ir. Jules H. Froger ontwierp een gereduceerde basiliek, een basiliek zonder vensters in de hoofdbeuk. Op 19 mei 1950 werd de kerk aanbesteed voor ƒ 145.000,-. De Gebr. ten Dam uit Deventer mochten de kerk gaan bouwen. Op het feest van Sint Jan de Doper op 24 juni 1950 werd het kerkterrein ingezegend en de eerste spade in de grond gestoken. De ceremoniële eerstesteenlegging vond plaats op 9 september 1950. Nadat de in het Latijn gestelde oorkonde voorgelezen was werd deze verzegeld in een loden koker en in de daartoe bestemde stichtingssteen gemetseld. Nadat mgr. Theodorus Huurdeman (1878-1958), de vicaris-generaal van het aartsbisdom Utrecht, het kerkterrein en de stichtingssteen gewijd had, metselde hij de steen in de daarvoor uitgespaarde ruimte.

Door de wederopbouwperikelen kwam de kerkenbouw in de polder pas laat op gang. De rooms-katholieke kerk in Kraggenburg was de eerste definitieve katholieke kerk in de Noordoostpolder die de deuren kon openen. Op zondag 29 april 1951 werd de Sint Jan de Doperkerk door mgr. Th. Huurdeman ingewijd. Na de kerkwijding droeg de vicaris-generaal een pontificale Hoogmis op daarbij geassisteerd door de eerste zielzorger in de Noordoostpolder pastoor Th. W. van Dijk uit Hoonhorst als diaken en kapelaan H. Mali als subdiaken en pastoor Koopmans als presbyter-asistents. In zijn dankwoord memoreerde pastoor Koopmans dat de nieuwe kerk in het schip dezelfde afmetingen heeft als de bij de drooglegging van de Noordoostpolder gevonden funderingen van de uit de 14e eeuw daterende rooms-katholieke kerk op de zuidpunt van het voormalig eiland Schokland, 30 meter lang en 10 meter breed. De rooms-katholieke kerk in Kraggenburg werd gewijd aan H. Johannes de Doper. Ten tijde van Jezus was Johannes een boeteprediker in de woestijn van Juda. Hij doopte mensen met water om hen van zonden te reinigen. Hij was de eerste mens die Jezus aanwees als de Messias, de langverwachte redder van het volk van Israël. Daarom wordt hij de Voorloper van Christus genoemd. Johannes werd onthoofd op last van een koning die hij van overspel had beschuldigd. Hij is één van de grootste heiligen van de Katholieke Kerk.

Op dinsdag 4 september 1951 vond de eerste kerkconsecratie in de Noordoostpolder plaats. Mgr. dr. Jan Olav Smit (1883-1972), kannunik van de Sint Pietersbasiliek in Rome, consecreerde de Sint Jan de Doperkerk. Mgr dr. Smit fungeerde tijdens de ziekteperiode van Kardinaal de Jong als een soort 'wijbisschop' van het Bisdom Utrecht. Mgr. dr. Smit werd bij de plechtigheid geassisteerd door pastoor J. Gasman uit Kampen en pastoor F. van Weezel Errens uit IJsselmuiden. Pastoor Th. W. van Dijk uit Hoonhorst en pastoor Th. M. Morselt uit Emmeloord droegen het verzegelde kistje met relikwieën van de H. Georgius (Joris) en Castus. Na een korte toespraak van mgr. dr. Smit werd de kerkdeur gezalfd onder het uitspreken van de bede "Deur wees een ingang van heil en vrede". In processie, gevolgd door vele parochianen, trok men de kerk binnen en werden de relikwieën op het altaar geplaatst en, nadat het altaargraf gezalfd was, ingemetseld. De plechtigheid duurde twee uur. De gezongen H. Mis werd opgedragen door de deken van het dekanaat Heerenveen, mgr. J. Scholtens uit Wolvega met assisentie van de pastoors Van Dijk en Morselt. In zijn predicatie wees deken Scholtens op de diepe zin van wijdingsvolle handelingen die het kerkgebouw maakte tot huis van God oftewel 'domus dei'. 

Bron: Architectuur en stedebouw in Flevoland.

De Sint Jan de Doper is als hallenkerk opgezet en heeft neo-romaanse kenmerken. Het met pannen bedekte zadeldak loopt licht op. Aan de noordzijde is een lage zijbeuk, van waaruit de pastorie te bereiken is. In de zuidgevel zijn rondboogvensters en spaarvelden aangebracht. De voorgevel wordt door twee lisenen in drie vlakken verdeeld. Centraal in de gevel is een klokkentoren opgemetseld. De onderkant van de kerk is uit witte betonstenen opgebouwd. De gevels zijn opgetrokken van rode baksteen in Vlaams verband, een metselverband waarbij de lagen uit achtereenvolgens een kop, een strek, een kop, een strek enzovoorts bestaat. De kop in een laag ligt altijd midden boven de onderliggende strek. De vensters zijn van wit hout, de deuren van blank eiken.

In de klokkentoren hangen tegenwoordig twee luidklokken. Op 4 februari 1951 werd de kerkklok door deken J. Scholtens van Wolvega ingewijd. 'Vox Clamantis' 'Si  Joannes:' 'Dirigite viam Domini. Joan I 23', is het opschrift wat Latijn is voor 'Stem die roept' 'volgens Johannes': 'Maakt de weg recht voor de Heer! Joh. 1:23. De 376 kg zware luidklok, met een doorsnede van 82,5 cm en de toonhoogte B, was een geschenk van de parochie. In 1983 werd anoniem een tweede luidklok geschonken door een oud Kraggenburger. De gulle gever had zelfs rekening gehouden met de toonsoort, zodat beide klokken een harmonieus geluid voortbrengen. De eerste keer dat zij officieel gezamenlijk hebben geluid was op eerste paasdag 3 april 1983. De toren was bekroond met een kruisdragende koperen bol. Het Latijnse kruis had op de kruizing van de horizontale- en verticale arm een open vierkant.

Het altaarkruis was gemaakt door kunstenaar Leo Jungblut (1893-1974) uit Bilthoven, de gesmede bronzen kandelaars en het wierrookvat met toebehoren waren van de hand van edelsmid Ad van Rosmalen (1908-1983) uit Utrecht. Aan de wanden van het kerkgebouw hingen 14 reproducties van de bekende kruiswegstatie van de kunstenaar Jan Toorop (1858-1928). Aan weerszijden van het priesterkoor stonden twee 1,25 m hoge beelden, links stond een H. Hartbeeld en rechts een beeld van Maria met kind. Het H. Hartbeeld, een standbeeld gewijd aan het Heilig Hart van Jezus, en het Mariabeeld waren voor ƒ 300,- per stuk aangekocht bij de Utrechtse kunstenaar Jo Uiterwaal (1987-1972). In het midden van de kerk, voor het podium, hing links een hardstenen beeld van St. Isidorus dat gemaakt was door Leo Jungblut (aangekocht voor ƒ 550,-) en rechts een beeld van Jozef. Rechts achter in de kerk hing aan de muur een 1,05 m groot beeld van St. Antonius. 

In 1958 werd op het oksaal, het orgelbalkon aan de westzijde van de kerk, een nieuw kerkorgel geplaatst. In de traditionele en classististische architectuur was symmetrie een belangrijk stijlmiddel. Het elektro-pneumatische orgel is door de Rotterdamse orgelbouwers Valckx & Van Kouteren dan ook symmetrisch vormgegeven. Een orgel is een blaasinstrument dat met een klavier bespeeld wordt. Het is dus ook een toetsinstrument. Als de organist een toets indrukt, zorgt een mechaniek ervoor dat er vanuit de windvoorziening lucht in één of meer pijpen stroomt. Bij een elektro-pneumatisch orgel is het eerste deel van het mechaniek tot aan de elektromagneet bij de windlade elektrisch. De elektromagneet tilt een ventiel op waardoor wind kan vrijkomen in een membraan, dat op zijn beurt het eigenlijke ventiel zal openen. Het pijporgel had volgens de toen geldende vooroorlogse traditie van katholieke orgelbouw, geen omsluitende orgelkas. Bron: RCE. Op reliwiki vindt u foto's van het interieur en het kerkorgel.

De kerk ligt aan de centrale groene ruimte, waaraan ook scholen en het Protestant kerkcentrum gelegen zijn. Op last van de Directie Wieringermeer zijn de kerken zover mogelijk uit elkaar geplaatst. Door dit besloten centrale plein wijkt de stedenbouwkundige opzet van Kraggenburg sterk af van de andere dorpen in de Noordoostpolder. De architectonische verschijningsvorm wijkt nauwelijks af van de andere dorpen in de nieuwe polder. 

De rooms-katholieke kerk Sint Jan de Doper werd in 2014 aan de eredienst onttrokken. De laatste viering werd gehouden op zondag 22 juni, de dag waarop in de Kerk het hoogfeest van de geboorte van de heilige Johannes wordt gevierd. Omdat Johannes nog in het oude testament thuis hoort vierde de Kerk niet de dag waarop hij gestorven is zoals bij alle andere heiligen. Na de sluiting van de kerk verhuisde het beeld van St. Antonius naar de OLV Sterre der Zee kerk in Marknesse. Het beeld van Sint Isidorus van Madrid werd in de opslag in Emmeloord geplaatst. In 2022 kreeg het heiligenbeeld in de zijbeuk van de H. Michaëlkerk in Emmeloord een nieuwe plek en werd op 15 augustus aan het slot van de viering van het hoogfeest van Maria ten Hemelopneming door pastoor Victor Maagd gezegend.

Op de voormalige kerk staat nog steeds een Latijns kruis, maar dit is niet het oorspronkelijke kruis. Op foto 1 en 2 is te zien dat er in 2012 geen kruis op de toren stond. Het kerkgebouw werd verkocht en omgebouwd tot 5 ruime eengezinswoningen. In het programma Bouwwerken schonk Omroep Flevoland aandacht aan de verbouwing van het kerkgebouw. 

Bronnen: Architectuur en stedebouw in Flevoland, Kerkopbouw en kerkbouw in de IJsselmeerpolders en Ireneus parochie.

Op 6 oktober 2019 vierde de geloofsgemeenschap van de Sint Josephkerk in Zandberg hun 175-jarig bestaan. Die dag ging een lang gekoesterde wens van de parochianen in vervulling. Na een speciale mis werd in het voormalig baarhuis bij de rooms-katholieke begraafplaats door pastoor Jos Deuling een Mariakapel ingewijd. Het grote Mariabeeld, dat afkomstig is uit de St. Johannes de Doper kerk in Kraggenburg, is door de Emmaüsparochie geschonken aan de parochie in Zandberg. Hier kunt u een filmpje bekijken waarin wordt verteld hoe het beeld in de Mariakapel terecht is gekomen.

Architect

Jules Henri Froger werd op 5 juni 1903 in Utrecht geboren. In 1931 slaagde hij voor het doctoraalexamen bouwkunde aan de Technische Hogeschool te Delft. Kort daarna trad hij in dienst bij het bureau voor Architectuur en Stedenbouw Siebers in Nijmegen. Daarnaast was hij van 1932-1935, gemeentearchitect bij de gemeente Vught. In 1934 werd Froger belast met de oprichting van de Limburgse Streekplannendienst. Van 1940-1945 werkte hij als afdelingschef stedenbouw bij de Nederlandse Spoorwegen. In 1945 werd hij directeur van de Provinciale Stichting "Herstel Limburg 1945". Van 1945 tot aan zijn pensionering in 1972 was Froger eerst als docent en na twee jaar als hoogleraar stedenbouwkundig ontwerpen aan de Technische Hogeschool in Delft. Ir. Froger overleed op 72-jarige leeftijd op 14 april 1976 in Breda.